Griekenland

terug naar Geschiedenis


Laatste wijziging: 03.02.2002

 

Inleiding

Griekenland; vakantieland bij uitstek. In elke folder over dit prachtige land staat zeker een foto van tempelruïnes. Gebouwen uit de tijd dat Griekenland nog een wereldmacht was. Dat is het maar korte tijd geweest maar ook vóór dat tijdperk had Griekenland al een bloeiende cultuur. Wie kent niet een paar van de mythen en sagen uit het land die handelen over de nationale goden en helden? Lang voor Alexander de Grote hadden de Grieken al Heracles en Odysseus. We gaan een kijkje nemen in dit boeiende land.

Land en volk

Het Griekenland van vroeger bestond uit allemaal verschillende staatjes die onderling regelmatig oorlog voerden. De Grieken of Hellenen, zoals ze zich zelf noemden, hadden het op de droge, rotsachtige grond van het land niet makkelijk. Slechts in enkele streken van het land kon graan worden verbouwd maar dat was niet genoeg voor het hele volk. Men leefde vooral van de export van olijfolie, wijn en aardwerk

De macht in de verschillende staten was in handen van de rijken. Er was een wet dat mensen vanaf een bepaald inkomen openbare functies mochten bekleden. Dit sloot de grootste klasse, de armen en de dagloners, uit van dit soort posities. Later mochten zij wèl plaatsnemen in de volksvergadering zodat ze toch enige inspraak hadden.

De Grieken waren een intelligent volk. De wetenschap en de poëzie werden erg gestimuleerd. Niet voor niets komen de grootste wetenschappers en filosofen uit Griekenland. Mensen als Socrates en Plato genoten veel aanzien.

Maar Griekenland stond bij de buurlanden vooral bekend om hun manier van oorlog voeren. Volgens de Grieken was er maar één ding erger dan sterven namelijk zich overgeven. Dit was een enorme schande. De Grieken waren heel erg trouw aan hun stad en aan hun kameraden. Dit betekende dat de Griekse legers een hechte eenheid vormden waardoor zij vaak in staat waren legers die veel groter waren dan zij zelf te verslaan. Dit gebeurde bijvoorbeeld tijdens de slag van Marathon toen het Griekse leger, bestaande uit 10.000 man het 20.000 man tellende leger van Perzië versloeg. De Grieken hadden een goede vechttechniek die hen berucht maakten bij de vijanden.

Godsdienst

De godsdienst van de oude Grieken is dankzij de vele mythen en sagen heel erg bekend geworden. De goden waren voor de Grieken figuren afgebeeld als mensen die zich ook regelmatig onder het gewone volk begaven. Het resultaat was een flinke hoeveelheid halfgoden (goden uit een godheid en een mens).

De goden woonden op de berg Olympus. Oppergod was de god Zeus die getrouwd was met zijn zuster Hera. Zeus had diverse kinderen bij veel verschillende vrouwen want hij nam het niet zo nauw met de huwelijkstrouw. Eén van zijn dochters was de beroemde godin Pallas Athena, godin van de wijsheid en stichteres van de stad Athene.

Over de onderwereld heerste Hades. Iedereen kwam in de onderwereld maar hoe je leven daar zou zijn hing uiteraard af van het leven dat je op aarde had geleefd. Hades en de zijnen waren erg goed in het bedenken van allerlei kwellingen mocht het aardse leven hen niet bevallen zijn. Beroemd is het verhaal van Tantalos die het had gewaagd zijn zoon als maal voor de goden voor te zetten. In de onderwereld stond hij tot zijn kin in het water en boven hem hing allerlei fruit maar steeds als hij wilde drinken of eten week het weg.

Behalve de goden van de Olympus kenden de Grieken ook nog plaatselijke godheden en huisgoden. Ook helden werden vereerd zoals bijvoorbeeld Heracles en Odysseus. De Grieken waren een devoot volk maar dat leek voor de andere volken vaak niet zo. Aangezien de Grieken geloofden dat zij uit dezelfde aarde voortkwamen als hun goden en omdat ze ook overtuigd waren van hun eigen kunnen, vonden zij het niet nodig zich in het stof te werpen voor de goden dus baden zij staand.

Intermezzo: het orakel van Delphi

Een belangrijke rol in de godsdienst van de Grieken was weggelegd voor het orakel van Delphi. Voor moeilijke kwesties reisde men af naar Delphi om daar om raad te gaan vragen. Delphi was niet het enigste orakel in Griekenland maar wel het bekendste en zeker het rijkste. Inwoners van landen waar de Grieken vriendschappelijke banden mee hadden, konden bij wijze van geschenk bij het orakel voorrang krijgen. De wachttijden bij het orakel waren namelijk erg lang.

Het orakel was een Apollo heiligdom. De god Apollo was de god van het licht en de tweelingbroer van Pallas Athena. De raad was volgens de Grieken afkomstig van deze god. Omdat voor Apollo in Delphi de zeegod Poseidon vereerd werd stond er in het tempelcomplex ook een altaar voor hem. Beelden van andere goden waren er ook zoals bijvoorbeeld een beeld van Zeus.

De voorspellingen werden gedaan door een priesteres, de Pythia genoemd. Zij zat in een kleine cel op een driepoot die vermoedelijk boven een gat in de aarde stond. Dit gat vormde het contact met Gaea, de aardgodin, waar de eerste Pythia's gebruik van maakten.

De Pythia werd gehypnotiseerd en ze ademde allerlei verdovende dampen in. Tegen de tijd dat ze aan voorspellen toe was, verkeerde ze in een toestand van totale apathie. Zij zat achter een gordijn en achter de schermen stond een reserve waarzegster want uitputting kwam veelvuldig voor. De eerste Pythia's waren jonge, naieve maagden, later moesten de Pythia's minstens 50 jaar oud zijn. Maar jong of oud, de Pythia's waren er trots op dat ze door Apollo gebruikt werden. Door haar sprak de god. Dit kon alleen als de Pythia in een toestand van extase, waanzin of razernij verkeerde omdat alleen op die manier het mogelijk was kennis te vergaren die buiten het bereik van het verstand ligt. In de eerste jaren van het orakel was dat niet nodig. Toen trokken de priesteres­sen als antwoord op een vraag lootjes waarop "ja" of "nee" stond.

Het orakel in Delphi was enorm rijk maar het is niet bekend hoeveel de Grieken neertelden voor de raad van Aplollo maar dat zal zeker geen klein bedrag zijn geweest.

De geschiedenis van Griekenland

De geschiedenis van Griekenland gaat terug tot 3000 voor Christus maar pas rond 1700 ontstond er een volk dat Grieks sprak namelijk het volk van de Myceners. Er heerste toen een paleiscultuur die op Kreta al in een vergevorderd stadium was. De Kretenzers speelden al voor de komst van de Myceners een rol in het gebied. De pracht van hun paleizen had zijn invloed op de Myceners. De koningsgraven in de stad Mycene laten een enorme rijkdom zien.

Pas rond 750 voor Christus ontstond de stadsstaat. Zij kwamen voort uit onafhankelijke agrarische gemeenschappen. Ze hadden verschillende grootte en rijkdom en rond 600 voor Christus was de macht van het Griekse gebied volledig in handen van deze staten. In de stadsstaten werden regelmatig sportieve feesten ter ere van de goden georganiseerd. In 776 voor Christus werden in dit kader voor het eerst de Olympische Spelen gehouden. In elk Olympisch jaar werden de oorlogen tussen de verschillende staatjes afgelast omdat een overwinning op het Olympisch veld belangrijker was dan een overwinning op het slagveld.

De belangrijkste stadsstaat was Sparta op het Griekse vaste land. Sparta wist zijn macht in de loop van de tijd flink uit te breiden. Het had een sterk leger en het buitenland was zich hiervan goed bewust. Egypte, Babylonië en Lydië sloten een verbond met Sparta tegen de steeds machtiger wordende Perzen.

De Perzen, onder leiding van Darius, stonden al gauw voor de grenzen van de stadsstaat Athene, het belangrijkste culturele centrum in dat gebied. De Atheners riepen de hulp van de Spartanen in maar zij kwamen te laat. Gelukkig hadden de Atheners het alleen weten te redden. Maar de Perzen lieten het er niet bij zitten. Koning Xerxes (zie geschiedenis van Perzië) probeerde het opnieuw maar zoals we gezien hebben werd het gigantische Perzische leger door de Grieken verpletterend verslagen. Dit betekende een ommekeer in de Perzische geschiedenis.

Door deze oorlog werd de macht van Athene steeds groter. De expansiedrang van de stad leidde tot oorlog met Sparta. Dit is de beroemde Peloponnesische oorlog die dertig jaar duurde. Uiteindelijk kwam Sparta als overwinnaar uit de strijd maar zij spaarden Athene.

In 356 voor Christus werd in Macedonië Alexander van Macedonië geboren. Hij werd opgevoed door Griekenlands meest bekende wijsheer Aristoteles. Alexanders vader was koning van Macedonië en hij volgde hem op. Alexander had veel plannen. In 334 viel hij Perzië binnen. Darius III vluchtte (zie geschiedenis van Perzië) en niets kon Alexander nog tegenhouden. Syrië, Gaza en Egypte volgden en hiermee begon de korte periode van Griekenland als wereldmacht. Maar Alexander vond het niet genoeg. Nadat hij farao van Egypte was geworden trok hij naar Azië en vernietigde daar de prachtige stad Persepolis. Hoewel dit niet nodig was geweest toonde Alexander verder veel respect voor het ineenstortende Perzië. Hij trouwde met de Perzische edelvrouw  Roxane en nam Perzische gewoonten aan. Het Griekse gebied was nu enorm groot maar Alexander wilde meer en besloot Indië te veroveren. Dit zag zijn anders zo trouwe leger echter helemaal niet zitten. Toen ze bij de rivier de Indus waren weigerden de troepen verder te gaan want om bij de volgende rivier te komen moesten ze een groot stuk woestijn door. Alexander doodde tijdens een ruzie een generaal en liet een ander ter dood brengen op verdenking van verraad maar het hielp niet. Het leger ging niet verder. Alexander ging naar Babylon. Hij stierf er in 323, slechts 32 jaar oud, aan uitputting, aan koorts of door drank. De dood van deze man, die de geschiedenis in ging als Alexander de Grote, betekende gelijk het eind van het Griekse wereldrijk. Niemand was in staat de bestuurlijke kwaliteiten van Alexander te evenaren. In zijn korte leven had hij de handel gestimuleerd en ontdekkingsreizen georganiseerd. Maar het belangrijkste was dat hij van Oost en West een rijk had gemaakt. Dit bracht de beide gebieden dichter bij elkaar.

Het ging na 323 snel achteruit met de macht van Griekenland. Onderlinge conflicten en moorden ondermijnden het gezag. Alsof dat niet genoeg was ontstond er een reeks van conflicten met het steeds machtiger wordende Rome. Toch kwam het nog tot een bondgenootschap met de gewelddadige Romeinen. Maar in 146 voor Christus kwamen de Grieken in opstand. Onmiddellijk was het Romeinse leger ter plaatse en elke stad die zich tegen hen had gekeerd werd volledig verwoest. De weinige overlevenden werden als slaaf weggevoerd en Griekenland verdween voor 2000 jaar van het politieke toneel.

Griekenland in de Bijbel

In de Bijbel komen we Griekenland meestal tegen als Achaje. Het kreeg deze naam toen het onder Romeins gezag stond en het een provincie van dat rijk was. De apostel Paulus was een aantal keren in Achaje zoals we bijvoorbeeld lezen in Handelingen 17. Paulus moest in Athene voor de Areopagus, de Griekse raad, verschijnen.

Ook in het Oude Testament komt Griekenland ter sprake. Dit zijn met name voorspellingen zoals in Daniel 8:21, 10:20, 11:2 en Zacharia 9:13.

In de tijd van Alexander de Grote had Griekenland een grote invloed op Palestina. In Palestina zijn nog oude Griekse bouwwerken te vinden en dankzij Alexander werd het christendom door de Grieken beïnvloedde Joden naar het Westen uitgedragen. Dit stond toen onder Romeins gezag. Rome zou de laatste grote wereldmacht worden.

Annemieke van de Westelaken

Terug naar de top