Welke betekenis heeft het woord "eeuwigheid"? door M.Paasse
terug naar Boeken en Publicaties
Laatst gewijzigd: 19.06.2004
Inleiding overzicht "Olam" en "Aion"
Overzicht van het Hebreeuwse woord "olam"
Overzicht van het Griekse woord "aioon"
Enkele belangrijke woorden in verband met "olam" en "aioon"
Inleiding overzicht "Olam" en "Aion"
Het feit dat we op de betekenis van 'olam' en 'aion' als tijdperk of 'eeuw' ingaan, heeft vooral te maken met de komst van het Koninkrijk Gods in déze eeuw, dat er ánders zal uitzien dan het Koninkrijk Gods in de toekomende eeuw en weer anders dan het Koninkrijk Gods in de laatste eeuw. Voortdurend is de term 'eeuwig' of 'eeuwigheid' gebruikt in de zin van 'eindeloosheid'. Deze uitdrukkingen staan het inzicht in de weg dat Gods Koninkrijk in déze eeuw en op déze aarde nog moet komen. Het is dan ook geen wonder dat het Messiaanse Rijk, behorend tot déze eeuw, over het hoofd wordt gezien. Men verplaatst dit Gods Rijk van déze eeuw naar de toekomende eeuw, het 1000-jarige Rijk.Overzicht van het Hebreeuwse woord "olam"
Dit woord is bestudeerd met behulp van de Statenvertaling. Men dient deze vertaling te raadplegen om te zien hoe een en ander vertaald is.
'Olam' is afgeleid van 'alam', verbergen, en betekent een verborgen tijd. Het komt zonder voorzetsel of ander woord meestal voor in de zogeheten ‘status constructivus’, dat wil zeggen verbonden met andere zelfstandige naamwoorden zoals verbond, geslacht, inzettingen, bezitting, volk, enzovoort. Men kan ook lezen: verbond der eeuw, geslacht der eeuw, inzettingen der eeuw, enzovoort. 'Olam' is vertaald met:
a. Eeuwig
Genesis 9:12, 16; 17:7, 8, 13, 19; 21:33; 48:4; 49:26.
Exodus 12:14,17; 27:21; 28:43; 29:9,28; 30:21; 31:16; 40:15.
Leviticus 3:17; 6:18, 22; 7:34, 36; 10:9, 15; 16:29, 31, 34; 17:7; 23:14, 21,
41; 24:3, 8, 9; 25:32, 34.
Numeri 10:8; 15:15; 18:8, 11, 19, 23; 19:10, 21; 25:13.
Deuteronomium 33:15, 27 (eeuwige armen).
Jozua 8:28;
2Samuël 23:5;
1Kronieken 16:17;
Job 40:23.
Psalm 24:7, 9; 78:66; 105:10; 112:6; 139:24.
Spreuken 10:25.
Jesaja 24:5; 33:14; 35:10; 40:28; 44:7; 55:3, 13; 56:5; 60:15, 19, 20; 61:7,
8; 63:12.
Jeremia 5:22; 10:10; 18:16; 20:11; 23:40 (eeuwige smaadheid); 25:9, 12; 31:3;
32:40; 49:13; 50:5; 51:26, 39, 57, 62.
Ezechiël 16:60, 25:15, 35:5, 9; 36:2; 37:26; 46:14.
Daniël 12:2.
b. Eeuwiglijk
Deuteronomium 13:16; 15:17; 1Samuël 27:12.
Psalm 61:8; 66:7; 89:2, 3, 38. Jeremia 20:17.
c. Van ouds; dagen
van ouds.
Deuteronomium 32:7 (dagen der eeuw); Jesaja 63:9, 11 (dagen der eeuw); 64:4
(van de eeuw). Amos 9:11; Micha 7:14.
d. Eeuw
Job 22:15 (pad der eeuw); Habakuk 3:6 (gangen der eeuw).
e. In eeuwigheid
Micha 5:1 (dagen der eeuwigheid).
f. Wereld
Psalm 73:12 "... nochtans hebben zij rust in de wereld"; Hebreeuws:
eeuw.
g. Overlang
Psalm 143:3 "... die overlang (Hebreeuws: die eeuwig) dood zijn";
Klaagliederen 3:6.
h. Oud
Spreuken 22:28; 23:10 (oude palen, Hebreeuws: palen der eeuw); Jesaja 58:12;
61:4; Jeremia 6:16 (oude paden, Hebreeuws: paden der eeuw); 18:15; Ezechiël
26:20 (het oude volk, Hebreeuws: het eeuwige volk).
LE-OLAM
Le-olam betektent: de eeuw uit, dus tot aan het eind der eeuw. Deze uitdrukking
is vertaald met:
a. In der eeuwigheid, of:
tot in eeuwigheid
Genesis 3:22; 6:3.
Exodus 15:18; 31:17; 32:13.
Leviticus 25:46.
Deuteronomium 5:29; 23:6; 32:40.
Richteren 2:1; 2Samuël 7:29.
1Koningen 1:31; 2:33; 9:5; 10:9; 2Koningen 5:27; 21:7.
1Kronieken 16:15, 34, 41; 17:27, 27; 28:4, 7; 29:18.
2Kronieken 5:13; 7:3, 6; 9:8; 13:5; 20:7, 21; 30:8.
Ezra 3:11; Job 7:16.
Psalm 5:12; 9:6, 8; 12:8; 15:5; 29:10; 30:7, 13; 31:2; 33:11; 37:18, 27, 28;
41:13; 44:9; 45:3; 49:9, 12; 52:11; 55:23; 71:1; 72:17, 19; 73:26; 75:10; 78:69;
79:13; 86:12; 89:29, 37, 53; 92:9; 100:5; 102:13; 104: 31; 105:8; 106:1; 107:1;
110:4; 111:5, 8, 9; 112:6; 117:2; 118:1, 2, 3, 4, 29; 119:89, 93, 98, 142, 144,
152, 160; 125:1; 135:13; 136:1-26; 138:8; 145:1, 2, 21; 146:6, 10; 148:6.
Spreuken 10:30; 27:24.
Prediker 1:4; 2:16; 3:14.
Jesaja 14:20; 25:2; 34:10; 40:8; 47:7; 51:6, 8; 60:21.
Jeremia 3:5, 12; 17:25; 31:40; 33:11.
Klaagliederen 3:31; 5:19.
Daniël 9:24 gerechtigheid der olamin (meervoud); gerechtigheid openbaar
wordend in de aionen, ook in de eindtijd.
Ezechiël 26:21; 37:25, 28; 43:7, 9.
Hosea 2:18; Joël 2:26,27; 3:20; Obadja:10; Jona 2:6; Micha 2:9.
b. Eeuwiglijk
Exodus 3:15; 19:9; Psalm 45:18; 103:9; 119:44, 112.
Jesaja 57:16.
Micha 4:5; Daniël 12:3.
c. Eeuwig
Exodus 21:6; Psalm 81:16; 119:111.
d. Voor eeuwig
2Kronieken 2:3.
e. De eeuw
Prediker 9:6 "Geen deel meer in deze eeuw".
ED-OLAM
Ed-olam betekent: de duur der eeuw. Het is vertaald met:
a. Tot in eeuwigheid
Genesis 13:15; Exodus 12:24; 14:13.
Deuteronomium 12:28; 23:3; 28:46; 29:29.
Jozua 4:7; 14:9.
1Samuël 1:22; 2:30; 3:13, 14; 13:13; 20:15, 42.
2Samuël 3:28; 7:13, 16, 24, 25, 26; 12:10; 22:51.
1Koningen 2:33, 45; 9:3.
1Kronieken 15:2; 17:12,14,22-24; 22:10; 23:13; 28:8; 29:10.
2Kronieken 7:16; Ezra 9:12; Nehemia 13:1.
Psalm 18:51; 89:5; 90:2 (tot E); 103:17 (tot E); 106:31; 112:3; 115:18; 121:8;
125:2; 131:3.
Jesaja 9:6; 30:8; 32:14, 17; 34:17; 59:21.
Jeremia 17:4; 35:6; 49:33.
Ezechiël 27:36; 28:19; 37:25.
Micha 4:7; Zefanja 2:9; Maleachi 1:4.
b. Eeuwiglijk
1Samuël 27:12.
ED LE-OLAM
Tot in eeuwigheid. Alleen in 1Kronieken 23:25; 28:7.
OLAMOO
'Olamoo' betekent: Zijn eeuw. Prediker 12:5 "Want de mens gaat naar zijn
eeuwig huis"; Hebreeuws: 'huis zijner eeuw'.
HA-OLAM
'Ha-olam' betekent: de eeuw. Het is vertaald met:
a. Eeuw
Prediker 3:11 "Ook heeft Hij de eeuw in hun hart gelegd".
b. Eeuwiglijk
Daniël 12:7
ED HA-OLAM
Dit is: gedurende de eeuw. Het is vertaald met: tot in der eeuwigheid;
1Kronieken 17:14a; Psalm 28:9; 41:14; 103:17b; 106:48.
ME-OLAM
'Me-olam' betekent: van eeuw. Het is vertaald met:
a. Van eeuwigheid (af)
Psalm 25:6; 90:2; 93:2; 103:17a; Spreuken 8:23.
b. Van ouds
Genesis 6:4; Jozua 24:2; 1Samuël 27:8; Psalm 119:52; Jesaja 42:14; 57:11;
63:16, 19; 64:4; Jeremia 2:20.
c. Van oude tijden
Jesaja 46:9; Hebreeuws: van(af) (de) eeuw.
d. Zeer oud
Jeremia 5:15; Hebreeuws: volk van eeuwigheid.
e. Oud
Ezechiël 26:70
MI(E)N HA OLAM
Dit betekent: van de eeuw. Het is vertaald met:
a. Van eeuwigheid
1Kronieken 16:36; 29:10; Nehemia 9:5; Psalm 41:14; 106:48; Daniël 2:20.
b. Van oudsher - Jeremia 28:8.
c. Van ouds - Joël 2:2.
d. Eeuw - Jeremia
7:7; 25:5.
OLAM VA ED
Dit betekent: in de eeuw en nog langer. Het is vertaald met:
a. Eeuwiglijk en altoos
Psalm 10:16; 21:5; 52:10.
b. Eeuwig en altoos
Psalm 45:7; 48:15.
c. Nimmermeer noch eeuwiglijk - Psalm 104:5.
LE-OLAM VA ED
Dit betekent: de eeuw uit en nog langer. Het is vertaald met:
a. In eeuwigheid en altoos
Psalm 9:6; 145:1, 2, 21.
b. In eeuwigheid en geduriglijk
Exodus 15:18.
c. Eeuwiglijk en altoos
Psalm 45:18; 119:44; Micha 4:5.
d. Altoos en eeuwiglijk
Daniël 12:3.
LE-ED LE-OLAM
Dit kan men nemen als een versterkte vorm: de hele duur der eeuw uit. Het is
vertaald met: Voor altoos en in eeuwigheid
en komt alleen voor in Psalm 111:8 en 148:6.
LE-ED AD OLAM
Ook dit is een versterkte vorm. Het is vertaald met: Voor altoos tot
in eeuwigheid en komt alleen voor in Jesaja 30:8 (vergelijk onze uitdrukking
'de ganse lange dag').
OLAMIM
Dit is de meervoudsvorm en betekent: eeuwen. Het komt (met de bijvormen dan,
zie de drie hierna volgende woorden) 12 maal voor en is vertaald met:
a. Eeuwigheden
Psalm 61:5.
b. Eeuwen
Psalm 77:6; 145:13.
c. Eeuwig
1Koningen 8:13 (eeuwige woning, Hebreeuws: een woning der olamim, der aionen);
2Kronieken 6:2; Jesaja 26:4b (Rotssteen der eeuwen); 45:17a (verlossing der
eeuwen); Daniël 9:24 (gerechtigheid der eeuwen).
d. Van ouds
Jesaja 51:9 (de geslachten der eeuwen).
LE-OLAMIM
Dit betekent: de eeuwen uit. Het komt slechts eenmaal voor in Prediker 1:10
"Het is alreeds geweest in de eeuwen, die voor ons geweest zijn".
HA-OLAMIM
Dit betekent: de eeuwen. Het komt alleen voor in Psalm 77:8 "Zal dan de
Here in eeuwigheden verstoten?"
ED OL(A)MI-ED
Dit betekent: de hele duur der eeuwen. Het staat alleen in Jesaja 45:17b en
is vertaald met: Tot in alle eeuwigheden. "Gijlieden zult
niet beschaamd noch tot schande gemaakt worden tot in alle eeuwigheden".
ED
'Ed' is afgeleid van het werkwoord 'adah', voorbijgaan. Het wordt gebruikt als
voorzetsel en als zelfstandig naamwoord. Als voorzetsel is het zeer verschillend
vertaald. Als zelfstandig naamwoord vinden we het in verbinding met 'olam'.
Zonder 'olam' is het onder andere vertaald met:
a. Eeuwig
Genesis 49:26 (Eeuwige heuvelen)
b. Eeuwigheid
Jesaja 9:5 (Vader der eeuwigheid); 57:15.
c. Aloud
Habakuk 3:6.
d. Altoos
Job 20:4 (Van altoos af).
e. Totdat
Psalm 141:10.
ADEI-AD
Dit betekent: der duren duur, der eeuwen duur. Het is vertaald met: tot
in eeuwigheid en staat in Psalm 83:18; 92:8; 132:12, 14; Jesaja 26:4a;
65:18.
LA-AD
Dit betekent: de duur (aioon) uit. Het is vertaald met:
a. Tot in eeuwigheid of
in eeuwigheid
1Kronieken 28:9; Psalm 9:19; 19:10; 21:7; 22:27; 37:29; 61:9; 89:30; 111:10;
112:9; Spreuken 12:19; 29:14; Micha 7:18.
b. Voor eeuwig
Job 19:24.
c. Voor altoos
Psalm 111:8; 148:6.
d. Eeuwiglijk
Amos 1:11.
LA-AD LE OLAM
Dit is de omgekeerde vorm van 'le-ed le olam'. Het is vertaald met:
a. In eeuwigheid
Psalm 111:3; 112:3.
b. Voor altoos in eeuwigheid
Psalm 111:8; 148:6.
LA-AD AD OLAM
Dit is vertaald met: Voor altoos tot in eeuwigheid en staat
alleen in Jesaja 30:8.
QEDEM
Dit betekent: voor, wat voor is. Het is vertaald met:
a. Eeuwig
Deuteronomium 33:27 (de eeuwige God).
b. Oudheden
Spreuken 8:23.
c. Van ouds
Nehemia 12:46; Psalm 44:2; 55:20; 68:34; 74:12; 77:6; 119:152; 143:5; Jesaja
46:10; Jeremia 46:26; Klaagliederen 5:21; Micha 5:1; Habakuk 1:12.
d. Oud
Deuteronomium 33:15; 2Koningen 19:25; Jesaja 19:11; 23:7; 37:26; Klaagliederen
1:7; 2:17.
e. Van oudsher
Psalm 74:2; 77:12; 78:2; Jesaja 45:21.
f. Verledene
Jesaja 51:9.
g. Van oude dagen
Micha 7:20.
h. Eertijds
Jeremia 30:20.
i. Vorige
Job 29:2.
j. Voorwaarts
Job 23:8.
k. Van voren
Psalm 139:5; Jesaja 9:11.
l. Ten oosten van, oostwaarts,
van of tegen het oosten
Genesis 2:8; 3:24; 10:30; 11:2; 12:8; 13:11; 25-6; 29:1; Numeri 23:7; 34:11;
Jozua 7:2; Richteren 6:3, 33; 7:12; 8:10, 11; 1Koningen 4:30; Job 1:3; Jesaja
2:6; 11:14; Jeremia 40:28; Ezechiël 11:23; 25:4, 10; Jona 4:5; Zacharia
14:4.
NETSACH
Dit woord betekent: uitnemendheid, volkomenheid, wat tot zijn volheid komt,
en ook: periode, aioon der volkomenheid. Vertalingen:
a. Eeuwiglijk
Psalm 16:11.
b. Eeuwig
Psalm 74:3.
c. Steeds durende
Jeremia 15:18.
d. Altoos
Amos 1:11.
e. Overwinning
1Samuël 15:29; 1Kronieken 29:11.
ED-NETSACH
Dit woord betekent: gedurende de periode der volkomenheid. Het abstracte wordt
overgedragen op de tijd gedurende welke de volkomenheid heerst, de aioon der
volkomenheid. Het is vertaald met:
a. Tot in eeuwigheid
Psalm 40:20.
b. Steeds
Psalm 13:2.
c. Einde
Job 34:36.
LE-NETSACH
Deze term betekent: tot de volkomenheid; tot het eind van de periode der volkomenheid.
Het is vertaald met:
a. In eeuwigheid
Job 4:20; 14:20; 20:7; 23:7.
Psalm 9:7; 10:11; 44:24; 52:7; 68:17; 74:1, 10, 19; 77:9.
Jesaja 13:20; 33:20.
b. Altoos
Job 36:7; Psalm 9:19; 103:9.
c. Geduriglijk
Psalm 49:10; 57:16.
d. Eeuwiglijk
Psalm 79:5.
e. Steeds
Psalm 89:47; Klaagliederen 5:20.
f. Overwinning
Spreuken 21:28; Jesaja 25:8.
g. Gestadig of
gestadiglijk
Jesaja 28:28; Jeremia 3:5.
h. Nimmermeer
Habakuk 1:4.
HA LA NETSACH
Deze vorm is vertaald met eeuwiglijk en komt alleen voor in
2Samuël 2:26.
NETSACHIM NETSACHIM
Dit is: tot volkomenheden der volkomenheden. Er is vertaald: eeuwigheid
der eeuwigheden. De term komt alleen voor in Jesaja 34:10.
NITSCHI
Dit is de afgekorte meervoudsvorm. Hij is vertaald met:
a. Sterkte
Klaagliederen 3:18.
b. Kracht
Jesaja 63:3, 6.
TAMID
Dit is: gedurig, steeds. Er is vertaald:
a. Geduriglijk
Leviticus 6:13; Psalm 25:15; 105:4; Jesaja 62:6.
b. Steeds
Psalm 51:5.
HET WERKWOORD 'ALAM'
Het werkwoord 'alam' is bijna steeds met 'verbergen' vertaald.
Leviticus 4:13; 5:2, 3, 4; 20:4 (enigszins verbergen); Numeri 5:13; Deuteronomium
22:1, 3, 4; 1Samuël 12:3; 1Koningen 10:3; 2Koningen 4:27; 2Kronieken 9:2;
Job 6:16 (verdonkeren); 28:21 (verholen); 42:3; Psalm 10:1; 26:4 (bedekte);
55:2; 90:8 (heimelijke zonden); Spreuken 28:27; Prediker 12:14; Jesaja 1:15;
58:7; Klaagliederen 3:56; Ezechiël 22:26; Nahum 3:11.
OLAM IN PARALLELLISME
'Olam' staat in parallellisme met: van geslacht tot geslacht in:
Exodus 3:15
Psalm 33:11; 49:12; 79:13; 85:6; 89:2, 5; 100:5; 106:31; 135:13; 145:13; 146:10.
Spreuken 27:24.
Jesaja 34:10, 17; 51:8; Klaagliederen 5:19; Daniël 4:3, 34; Joël 3:20.
In Psalm 145:13 staat het parallellisme: 'olamim', geslacht tot geslacht.
NETSACH IN PARALLELLISME
Netsach staat in parallellisme met: 'van geslacht tot geslacht' in:
Psalm 77:9; 102:13; Jesaja 13:20; Jeremia 50:39.
OLAM-NETSACH
Parallellisme tussen 'olam' en 'netsach' vindt men in:
Psalm 103:9 (altoos: 'le netsach'; in eeuwigheid: 'le-olam');
Jesaja 57:16 (le olam; geduriglijk: 'le netsach').
NETSACH-ED
Parallellisme tussen 'netsach' en 'ed' vindt men in:
Psalm 9:19 (altoos: 'le netsach'; eeuwigheid: 'le-ed');
Jeremia 3:5 (eeuwigheid: 'le-ed'; gestadiglijk: 'le netsach').
CHELED
Dit woord betekent: de tijd van zekere generatie. Het is vertaald met:
a. Tijd
Job 11:17.
b. Leeftijd
Psalm 39:6.
c. Wereld
Psalm 17:14; 49:2.
d. Eeuw
Psalm 89:48.
terug
naar Inhoud
Overzicht van het Griekse woord "aioon"
Dit woord is bestudeerd met behulp van de Statenvertaling. Men dient deze vertaling te raadplegen om te zien hoe een en ander vertaald is.
AIOONIOS I
Dit is het bijvoeglijk naamwoord van 'aioon' gevormd. Het is meestal vertaald
met 'eeuwig'. Beter is te spreken van aionisch. We vinden het bij het woord
'leven', dus als: eeuwige leven in:
Mattheüs 19:16, 29; 25:46;
Marcus 10:17, 30; Lucas 10:25; 18:18, 30.
Johannes 3:15, 16, 36; 4:14 ('eis zoèn aioonion', tot eeuwig leven);
4:36 ('eis zoèn aioonion'); 5:24,39; 6:27 ('eis zoèn a'), 40,
47, 54, 68; 10:28; 12:25 ('eis z.a.'), 50; 17:2, 3.
Handelingen 13:46, 48 ('eis z.a.').
Romeinen 2:7 ('eis z.a.'); 6:22, 23.
Galaten 6:8;
1Timotheüs 1:16 ('eis z.a.'); 6:12, 19 (hiervoor staat in vers 19 ook wel:
'ontos', dit is 'zijnde, het ware leven'). Titus 1:2; 3:7.
1Johannes 1:2; 2:25; 3:15; 5:11, 13, 20.
Judas vers 21 ('eis z.a.').
'Aioonios' komt verder voor bij de volgende woorden:
God | Romeinen 16:26 |
Pijn | Mattheüs 25:46. |
Vuur | Judas vers 7. |
Oordeel | Marcus 3:29 (ook wel zonde); Hebreeën 6:2. |
Tabernakelen | Lucas 16:9. |
Tijden | Romeinen 16:25; 2Timotheüs 1:9; Titus 1:2 (niet: tijden der eeuwen, maar: aionische tijden). |
Gewicht | 2Korinthe 4:17. |
Dingen | 2Korinthe 4:18. |
Eeuwig | 2Korinthe 5:1; Filemon vers 15 (zonder ander woord). |
Verderf | 2Thessalonicenzen 1:9. |
Vertroosting | 2Thessalonicenzen 2:16. |
Kracht | 1Timotheüs 6:16. |
Zaligheid | Hebreeën 5:9. |
Verlossing | Hebreeën 9:12. |
Geest | Hebreeën 9:14. |
Erve | Hebreeën 9:15. |
Testament | Hebreeën 13:20. |
Heerlijkheid | 1Petrus 5:10. |
Koninkrijk | 2Petrus 1:11. |
Evangelie | Openbaring 4:16. |
EIS TON AIOONA
'Eis ton aioona', in de aioon, is vertaald met:
a. In der eeuwigheid of
in eeuwigheid
Mattheüs 21:19; Marcus 3:29; 11:14; Lucas 1:55.
Johannes 4:14; 6:51,58; 8:51,52; 10:28; 11:26; 12:34; 13:8; 14:16.
1Korinthe 8:13; 2Korinthe 9:9.
Hebreeën 5:6; 6:20; 7:17, 21, 24, 28.
1Petrus 1:25; 1Johannes 2:17; 2Johannes 2:2.
b. Eeuwiglijk
Johannes 8:35.
EIS AIOONA
Deze meer Hebreeuwse vorm met Griekse woorden vinden we alleen in Judas vers
13. Deze woorden staan in 2Petrus 2:17 alleen in de Alexandrinus.
AP' AIOONOS
Deze vorm, betekenend 'van(af) (de) eeuw', is vertaald met:
a. Begin der wereld -
Lucas 1:70.
b. Van (alle) eeuw - Handelingen 3:21.
c. Van eeuwigheid - Handelingen 15:18.
EK AIOONOS
'Ek aioonos' betekent: 'uit (de) eeuw, aioon'. Het staat alleen in Johannes
9:32.
TON AIOONA TOU KOSMOU TOUTOU
Dit betekent: 'de eeuw van deze wereld'. Dit vindt men alleen in Efeze 2:2 ('ou'
spreke men uit als 'oe'; in het Grieks staat: de aioon van de wereld deze).
EN TOOI AIOONI TOUTOOI
Dit betekent: 'in deze aioon'. Deze term komt tweemaal voor: 1Korinthe 3:18;
Efeze 1:21. In Romeinen 12:2 vinden we tooi aiooni toutooi als derde naamvalsvorm.
EN TOOI NUN AIOONI
Dit betekent: 'in de nu (zijnde) aioon'. Deze term staat in 1Timotheüs
6:17; 2Timotheüs 4:10; Titus 2:12.
TOU AIOONOS
Dit betekent: 'van de eeuw'. Deze vorm staat in Mattheüs 18:8 (het eeuwige
vuur; Grieks: het vuur van de aioon); 25:41 (vuur van de aioon); Marcus 4:19
(niet: dezer wereld, maar: van de aioon).
TOU AIOONOS TOUTOU
Dit betekent: 'van de aioon deze', of: 'van deze aioon'. Dit staat in:
Mattheüs 13:22; Lucas 16:8; 20:34; 1Korinthe 1:20; 2:6, 8; 2Korinthe 4:4.
EN TOOI AIOONI TOOI ERCHOMENOOI
Dit betekent: 'in de aioon de komende'. Marcus 10:30; Lucas 18:30.
TOU AIOONOS EKEINOU
Dit is een tweede naamvalsvorm in verband met het werkwoord. Hij betekent: 'die
eeuw' en staat alleen in Lucas 20:35.
MELLONTOS AIOONOS
Dit betekent: 'van de ophanden zijnde, weldra zullende aanbreken aioon'. Alleen
in Hebreeën 6:5.
EK TOU AIOONOS TOU ENESTOOTOS
Dit betekent: 'uit de eeuw de inzijnde', dit is waarin we zijn. Alleen in Galaten
1:4.
SUNTELEIA TOU AIOONOS
De 'sameneindiging van de aioon'. Vijf maal, alleen in Mattheüs. Mattheüs
12:39, 40, 49; 24:3; 28:20.
SUNTELEIA TOON AIOONOON
Dit betekent: 'de sameneindiging der aionen'. Alleen in Hebreeën 9:26.
EIS TOUS AIOONAS
Dit betekent: 'In, gedurende de aionen, de aionen door'. Deze term komt voor
in: Lucas 1:33; Romeinen 1:25; 9:5; 11:36; 2Korinthe 11:31; Hebreeën 13:8.
TOUS AIOONAS
Dit betekent: 'de eeuwen' (vierde naamvalsvorm hier als lijdend voorwerp gebruikt).
Alleen in Hebreeën 1:2; 11:3.
AP TOON AIOONOON
Dit betekent: 'vanaf de aionen'. Alleen in Efeze 3:9; Kolossenzen 1:26.
PRO TOON AIOONOON
Dit betekent: 'voor de aionen'. Alleen in 1Korinthe 2:7 (eer de wereld was).
EN TOIS AIOOSIN TOIS EPERCHOMENOIS
Dit betekent: 'in de eeuwen opkomende', dit is nog volgende, nog voor ons bestemde.
Alleen in Efeze 2:7.
TA TELE TOON AIOONOON
Dit betekent: 'de eindpunten, einddoelen der aionen'. Alleen in 1Korinthe 10:11.
EIS HEMERA AIOONOS
Dit betekent: 'gedurende de dag van de aioon', een Hebraïsme (dit is een
aan het Hebreeuws eigen uitdrukking). Alleen in 2Petrus 3:18.
EIS TOUS AIOONAS TOON AIOONOON
'In de aionen der aionen'. Deze term komt voor in:
Romeinen 16:27; Galaten 1:5; Filippenzen 4:20; 1Timotheüs 1:17; 2Timotheüs
4:18; Hebreeën 13:21; 1 Petrus 4:11; 5:11; Openbaring 1:6, 18; 4:9, 10;
5:13; 7:12; 10:6; 11:15; 14:11; 15:7; 19:3; 20:10; 22:5. In Openbaring 5:14
ontbreekt de term in de sommige handschriften.
EIS TON AIOONA TOU AIOONOS
Dit betekent: 'in de aioon van de aioon'. Alleen in Hebreeën 1:8.
TOU AIOONOS TOON AIOONOON
Dit betekent: 'van de aioon der aionen'. Alleen in Efeze 3:21.
PROTHESIS TOON AIOONOON
Dit betekent: 'het voornemen der aionen'. De Statenvertaling heeft 'eeuwig voornemen',
Efeze 3:11.
PRO PANTOS TOU AIOONOS, NUN, EIS PANTAS TOUS AIOONAS. Dit betekent: 'voor alle aioon, nu, tot in alle aionen'. Alleen in Judas vers 25.
Ontleend aan G.J. Pauptit, De
tijden der eeuwen, blz. 325.
terug
naar Inhoud
Enkele belangrijke woorden in verband met "olam" en "aioon"
Hebreeuws
THEVEL
Het Hebreeuwse woord 'thevel' komt ongeveer overeen met het Griekse 'oikoumene'.
Het is vertaald met:
a. Wereld
1Samuël 2:8; 2Samuël 22:16; 1Kronieken 16:30; Job 18:18; 34:13; 37:12;
Psalm 9:9; 18:16; 19:5; 24:1; 33:8; 50:12; 77:19; 89:12; 90:2; 96:10, 13; 97:4;
98:7, 9.
Spreuken 8:26, 31.
Jesaja 13:11; 14:17, 21; 18:3; 26:9, 18; 27:6; 34:1.
Jeremia 10:12; 51:15; Klaagliederen 4:12; Nahum 1:5.
b. Aardrijk
Jesaja 24:4.
Grieks
EIS TO DIENEKES
Dit is 'bij voortduur blijvend, eens voor al'. Alleen in Hebreeën 7:3;
10:1, 12, 14.
OIKOUMENE
Dit betekent: 'de bewoonde, gecultiveerde, geordende, 'beschaafde' wereld'.
Dit woord vinden we in:
Mattheüs 24:14; Lucas 2:1; 4:5; 21:26 (aardrijk); Handelingen 11:28 (gehele
wereld); 17:6, 31 (aardbodem); 19:27; 24:5; Romeinen 10:18; Hebreeën 1:6;
2:5; Openbaring 3:10 (gehele wereld); 12:9 (gehele wereld); 16:14 (gehele wereld).
KOSMOS
Het woord 'kosmos', wereld, samenstel, vinden we in:
Mattheüs 4:8; 5:14; 13:35,
38; 16:26; 18:7; 24:21; 25:34; 26:13.
Marcus 8:36; 14:9; 16:15.
Lucas 9:25; 11:50; 12:30.
Johannes 1:9, 10, 29; 3:16, 17, 19; 4:42; 6:14, 33, 51; 7:4, 7; 8:12, 23, 26;
9:5, 39; 10:36, 11:9, 27; 12:19, 25, 31, 46, 47; 13:1; 14:17, 19, 22, 27. 30,
31; 15:18, 19; 16:8, 11, 20, 21, 28, 33; 17:5, 6, 9, 11, 12, 13, 14, 15, 16,
18, 21, 23, 24, 25; 18:20, 36, 37; 21:25.
Handelingen 17:24.
Romeinen 1:8, 20; 3:6, 19; 4:13; 5:12, 13; 11:12, 15.
1Korinthe 1:20, 21, 27, 28; 2:12; 3:19, 22; 4:9, 13; 5:10; 6:2; 7:31, 33, 34;
8:4; 11:32; 14:10.
2Korinthe 1:12; 5:19; 7:10.
Galaten 4:3; 6:14.
Efeziërs 1:4; 2:2, 12.
Filippenzen 2:15.
Colossenzen 1:6; 2:8, 20.
1Timotheüs 1:15; 3:16; 6:7.
Hebreeën 4:3; 9:26; 10:5; 11:7, 38.
Jakobus 1:27; 2:5; 3:6; 4:4.
1Petrus 1:10; 3:3 (versiersel); 5:9.
2Petrus 1:4; 2:5, 20; 3:6.
1Johannes 2:2, 15, 16, 17; 3:1, 13, 17; 4:1, 3, 4, 5, 9, 14, 17; 5:4, 5, 19.
2 Johannes vers 7.
Openbaring 11:15; 13:8; 17:8.
Het woord is, op één keer na (1 Petrus 3:3), steeds met 'wereld' vertaald.
KOSMIKOS
Dit woord betekent: 'wereldlijk', het samenstel weergevend van, de wereld uitbeeldend.
Alleen in Titus 2:12 en Hebreeën 9:1.
KOSMEOO
Dit is het werkwoord behorend bij kosmos. Het is op een keer na met 'versieren'
vertaald. Het komt voor in:
Mattheüs 12:44; 23:29; 25:7 (bereidden).
Lucas 11:25; 21:5.
1Timotheüs 2:9; Titus 2:10; 1Petrus 3:5.
Openbaring 21:2, 19.5.
terug
naar Inhoud
We kunnen
ons de vraag stellen hoe het mogelijk is dat aan ons woord 'eeuwig' de betekenis
van 'eindeloosheid, zonder einde, oneindig', is gegeven. Een antwoord is niet
gemakkelijk te geven, maar met de nodige voorzichtigheid kunnen we de oorsprong
achterhalen.
De Kerkvader Tertullianus uit Carthago (160-220) was de eerste belangrijke theoloog
die in het Latijn schreef. Hij ontwierp een (theologische) woordenschat die
nog steeds in de Kerk wordt gebruikt. Hij vertaalde het Griekse woord 'aioon'
met twee Latijnse woorden van verschillende betekenis,'seculum' (wereld) en
'eaternus' (eeuwig). Hij zag God vooral als een wrekende Rechter en zijn nog
strengere navolger Augustinus (354-430) beschouwde het mensengeslacht als 'een
verdoemde verzameling en verloren massa' ('conspersis dammato, massa perditionis')
voor wie de allerzwaarste straf nog niet voldoende was. Zo ontstond de gedachte
aan een eindeloze straf en begon het woord 'eaternus' (eeuwig), dat met de duur
van de straf in verband werd gebracht, langzamerhand de betekenis te krijgen
van 'oneindig'. Daarmee werd ook de basis gelegd voor de leer van de 'eeuwige
verdoemenis', die zowel in de R.K. Kerk als in de Reformatorische Kerken zo'n
grote rol speelt, mede onder invloed van de Latijnse vertaling van de Bijbel,
de Vulgata, die door Hieronymus (345-420) tot stand werd gebracht en waarin
hij de terminologie van Terullianus gebruikte.
terug
naar Inhoud
In deze lijst wordt de belangrijkste literatuur genoemd die geraadpleegd is samen met die welke voor verder onderzoek aanbevolen wordt. Van sommige publicaties kon het jaar van uitgave helaas niet meer worden achterhaald. Aan het einde van de lijst wordt een korte biografische schets gegeven van enkele schrijvers.
Boeken en brochures
S.van Mierlo:
Le Plan Divin (Delachaux et Niestlé, Neuchâtel, 1934)
Les enseignemens de l`apoter Paul (Delachaux et Niestlé, Neuchâtel, 1936)
La voie du salut (Delachaux et Niestlé, Neuchâtel, 1938)
La science, la raison et la foi (presses universit. de France 1948)
De Openbaring Gods (oorspronkelijke titel: La Révélation Divine),
Uitgeversmaatschappij Holland, Amsterdam, 1954);
Het Goddelijk voornemen, 'Uit de Schriften';
De weg der behoudenis, ´Uit de Schriften';
Het onderwijs van de apostel Paulus, 'Uit de Schriften';
De strijd, 'Uit de Schriften', 1931;
Koninkrijk en Kerk, Aix-en-Provence,
Het christendom gedurende de eerste eeuwen, Aix-en-Provence,1959;
De verbonden en de Wet, Aix-en-Provence, 1962;
Het voornemen der eeuwen en de Gemeente der Verborgenheid, Antwerpen, 1927 (Uitgegeven
onder het pseudoniem Aristarkos).
G.J. Pauptit
De tijden der eeuwen, Burton, N.M., Antwerpen
Van dood en opstanding, 'Uit de Schriften', Amsterdam,
Uit Israëls profetie, 'Uit de Schriften', 1933;
De eeuwigheid der Schrift, 'Uit de Schriften', 1947;
Het gedeelde koninkrijk, 'Uit de Schriften', 1947;
De Groote Verborgenheid, 'Uit de Schriften', 1947;
Israëls herstel en toekomst, 'Uit de Schriften', 1947.
Dr. E.F. Ströter
Het evangelie Gods (vertaald uit het Duits), Den Haag, 1921.
K.A. den Breejen
Schepping, val en vloed, Bussum, 1970;
De toekomst des Heren, Bussum, 1977;
Gods verborgenheid, Gorinchem, 1990.
H.W. den Haring
De toestand der doden, Rotterdam, 1937;
De eeuwigheid, Rotterdam, 1973;
Wat leert de Schrift over de hel?;
De zeventig weken van Daniël 9:24-27;
Israël, het uitverkoren volk.
S.F. Kloppers
Israël en de verborgenheid.
E.W. Hiebendaal
Bijbels denken over Israël en de Kerk (3 delen), Rotterdam, 1963.
A. Keizer
De grote toekomst van Israël, de Kerk en de volken, Kampen, 1992.
N. Baalbergen
Het laatste der dagen.
Tijdschriften
'Uit de Schriften', een maandblad onder de redactie van S. van Mierlo
en G.J. Pauptit. Het verscheen in de jaren 1929-1943(?) en 1947-1963.
'Bijbels Denken', (1) onder redactie van K.A. den Breejen. Dit blad
kan de opvolger van 'Uit de Schriften' worden genoemd. Het verscheen in de jaren
1963-1988.
'Onnaspeurlijke rijkdom' onder redactie van A. Oosterhuis, die opgevolgd
werd door A. Lukkien. Het verscheen in de jaren 1937-1952.
'Schriftuurlijke waarheden' onder redactie van A. Manussen, sr. Het verscheen
in de jaren 1946-1971.
'Bijbels Denken', (2) onder redaktie van J.C. van de Westelaken. Dit
blad is genoemd naar het eerste tijdschrift 'Bijbels Denken' en, in enigszins
andere opzet, een voortzetting ervan. Het verscheen van 1994 tot 2000 en werd
uitgegeven door de stichting 'Lamp-Licht', Timmermanshove 40, 2726 EA Zoetermeer,
tel. 079-3511322.
Daarnaast is kennis genomen van artikelen uit enkele tijdschriften uit de kring van de Messias-belijdende Joden, onder andere het blad 'Hadderech'.
Engelstalige lectuur
E.W. Bullinger
The companion Bible (diverse uitgaven);
The Apocalypse, Londen 1972 (herdruk);
A critical lexicon and concordance to the Greek New Testament, Londen 1974;
The witness of the stars, Grand Rapids 1974;
Number in scripture, Grand Rapids 1978.
Ch.H. Welch
An alphabetical analysis of terms en texts used in the study of 'Dispensational
Truth' (10 delen), Surrey, Engeland, 1955;
The bride and the body, Londen, 1957;
In heavenly places, London.
A.E. Knoch
What is death? Canyon Country, U.S.A.;
Two studies on heaven and hell, Canyon Country, U.S.A.;
The mystery of the Gospel, Canyon Country, U.S.A., 1976;
The problem of evil and the judgments of God, Can. Country, 1976.
(Deze publicaties zijn in Nederland
nog verkrijgbaar bij stichting E. H. Depot Nederland, Paul Desmondsingel 84,
3069 XT Rotterdam.
terug
naar Inhoud
S.
van Mierlo (1890-1962)
Van Mierlo was van huis uit atheïstisch opgegroeid en dus niet belast met
allerlei christelijke leertradities en kon min of meer onafhankelijke Bijbelcommentaren
schrijven zonder evenwel behoefte te hebben aan een eigen christelijke gemeenschap.
Hij woonde in Antwerpen in de onmiddellijke omgeving van de Joden. Hij had een
topfunctie bij Bellcompanie (Telefoondienst in België). Hij werd gedwongen
naar Frankrijk (Aix-en-Provence) en Zwitserland uit te wijken. Reeds vóór
de oorlog heeft hij in Zwitserland Bijbelse commentaren geschreven. Hij leerde
Barths theologie kennen, waarvoor hij niet in alle opzichten bewondering kon
opbrengen. Ondanks zijn drukke loopbaan in België zal hij zich later in
zijn vrije tijd bezig houden met diverse interessante Bijbelstudies. Hij had
vele contacten met de bekende Bijbelkenner Ch. H. Welch uit Engeland en met
Joden in Antwerpen, vandaar zijn grote kennis van de Hebreeuwse taal. Hij overleed
in 1962.
G.J. Pauptit (1889-1962)
Hij was onderwijzer op een christelijke school en belijdend lid van de Gereformeerde
Kerk te Scheveningen, waarmee hij in botsing kwam over een aantal formuleringen
uit de Heidelbergse Catechismus en de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Zijn kritiek
had betrekking op enkele standpunten van de Gereformeerde Kerk, onder andere
de terugkeer van Israël, het laatste oordeel, de ziel en de kinderdoop.
Zijn aanvaring met de Kerk had onaangename gevolgen. In 1924 werd hij uit de
Kerk gestoten en ontslagen als onderwijzer en dat in een tijd van recessie.
Na enige tijd kon hij toch weer een baan vinden in het onderwijs en hij besloot
zijn loopbaan aan de openbare school te Staphorst.
Hij stond, net als S. van Mierlo, onder invloed van de Engelse theologen E.W.
Bullinger en Ch. H. Welch. Zijn opvattingen over het laatste oordeel, de kinderdoop
en de verhouding Israël en de Gemeente, worden tegenwoordig door vele christenen,
binnen en buiten de Kerk(en), overgenomen.
E.F. Ströter
(1846-1922)
Dr. Ernst Ferdinand Ströter was geboren in het Duitse Barmen en werd methodistisch
predikant. Na de hem niet bevredigende studie van de theologie ging dr. Ströter
naar Amerika, beleefde daar zijn bekering en stond sinds 1869 daar als methodistenpredikant
in dienst van een Duitse gemeente. In het bijzonder wijdde hij zich sinds 1894
aan de Israëlvisie door de vele contacten met Joden. In 1899 keerde hij
naar Europa terug, waarna hij in Wernigrode (bij Kassel) en in Zürich woonde.
Dr. Ströter werd één van de voorgangers van de zgn.'Gemeenschapsbeweging',
waar hij slechts met mate gewaardeerd werd. Hij verdedigde de Goddelijke inspiratie
van het Woord, voornamelijk tegen J. Lepsius, de leer van de terugkeer van het
volk Israël naar zijn land en de leer van de Opname der Gemeente.Voorts
schreef hij: 'Das Profetische Wort' (1907), 'Unseres Leibes Erlösung',
'Die Judenfrage und ihre göttliche Lösung nach Römer 11' en 'Das
Evangelium Gottes von der Allversöhnung in Christus' (1915).
E.W. Bullinger
Ten slotte moet vermeld worden de grote Bijbelgeleerde dr. E. W. Bullinger (1837-1913),
in Engeland bekend vanwege zijn enorme kennis van de grondtalen. Hij is een
nazaat van Johann Heinrich Bullinger, de Zwitserse Reformator uit Zürich.
Op onnavolgbare wijze laat hij de structurele opbouw in de Bijbel zien in zijn
beroemde Companion Bible, waartegen echter de aanhangers van de Scofield-Bijbel
in Engeland bezwaren hadden. In elk geval heeft hij in de Angelsaksische wereld
het inzicht gehekeld, dat de Kerk de plaats van Israël heeft ingenomen.
terug
naar Inhoud