Profetische boeken en artikelen De Grote Maaltijd Gods 15 maart 2009
Voorwoord door E. Buijtenhof: Dit is één van de belangrijkste boodschappen voor Gods Volk vandaag over hoe om te gaan met 'vlees en bloed' en hoe om te gaan met het theologisch erg verwarrende onderwerp 'de hel'. De schrijver brengt na alle tiranie en bangmakerij over dit onderwerp een hele andere, meer blijde boodschap over wat de hel is. Moge de Heere u rijkelijk zegenen wanneer u leest over Zijn Maaltijd. Treffend is ook dat de schrijver weer duidelijk laat zien waar Gods Woord over gaat. Het gaat uiteindelijk om de akker, het groeiproces wat nodig is om eeuwig leven te verkrijgen, en zo haalt de schrijver dan ook alle mysterie omtrend het eeuwige lijden weg. Oude tradities worden achterhaald en in een nieuw daglicht geplaatst, en zo begint er voor de gelovige een nieuwe weg die hij met God mag gaan. Een opmerkelijke uitleg wordt gegeven over de dodelijke wond van het beest die genas. Verder verwijst de schrijver met losse hand naar het Woord van God, blijkbaar omdat hij er vanuit gaat dat christenen het Woord van God goed kennen, of om hen aan te sporen dat eens te gaan doen. Het is niet zo'n lange studie, maar meer kort en krachtig, als één van de juweeltjes van ons christelijk geloofsgoed. Opbouwend, genezend, en bovenal veerkrachtig.

Welke krachten zijn er werkzaam in de tweede dood ? Hoe gaat het vernietigingsproces in de hel er eigenlijk aan toe ? Wij hopen u in deze studie hierop antwoord te geven. Wat is het doel van het kwaad ? Waarom laat God het zo lang bestaan ? Dat zijn ook zo wat vragen die er liggen. In het Woord van God lezen we dat de Heere vaak de aandacht richt op het noodzakelijke lijden om het koninkrijk der hemelen binnen te kunnen gaan. Enkele beelden die genoemd worden is het hele proces van zaaien en oogsten. Daar komt veel bij kijken. De hemel heeft ontzettend veel wetten, als een grote machine om alles goed te laten verlopen. Het kan handig zijn daar veel van af te weten. Ook een beeld wat we telkens weer terugzien in het Woord van God om dit proces te beschrijven is het fokken van vee. God mest eerst het kwaad vet, laat het dus eerst groeien, totdat het rijp wordt voor het oordeel, en er zo genoeg vlees is. Ik denk dat we vandaag de dag zulke gruwelijke vee-fokkerijen om ons heen zien, omdat de gemeente het beeld hiervan in de hemelse gewesten heeft verwaarloosd. Wij zijn geroepen om het kwade te fokken in de hemelse gewesten, om zo onze lasten te dragen, ons juk, ons door het lijden te laten tuchtigen. Maar de gemeente wilde overwinning zien op een andere, snellere manier. Niet alleen zijn wij geroepen om het gemeste vlees van de duivel te eten, maar ook zijn wij geroepen om het vlees van Christus te eten. Dit gebeurt dus allemaal in de hemelse gewesten, als in een symbolische beschrijving van de hemelse wetten, de hemelse machine, en dus niet in de aardse schaduw-realiteit. Het is dus een beeld dat we niet letterlijk mogen nemen. Omdat de gemeente dit beeld heeft verzaakt zien we nu hoe het zich letterlijk botviert op de schepselen rondom ons : het dier aan ons gegeven hebben wij als een stuk vlees behandeld, en zo doen we dat min of meer ook met elkaar. Tijd dus om Gods Woord te openen voor een ware benadering van vlees. Vlees in het Woord van God wordt dus gebruikt als een beeld. We lezen in nogal wat Oud-Testamentische profetieen dat God de vijand opspaart voor de slacht, en daar komt nogal het één en ander bij kijken. Aan het eind van deze studie zullen we dan ook zien hoe we tegen begrippen als hel en eeuwigheid moeten aankijken. Het is allemaal heel logisch vanuit Gods Woord te verklaren.

Er wordt in het Woord van God gesproken over het vlees van de vijand wat God eet tot verzadiging, en ook het vlees van Christus wordt Nieuw-Testamentisch gegeten tot verzadiging. De gemeente moet dan ook weten wat hiermee bedoeld wordt, en dit dan ook tot zich nemen, om zo niet ten prooie te vallen aan honger. Honger leidt namelijk altijd tot oneerlijke gevechten, en het zich richten naar andere valse alternatieven. De gemeente eet nu letterlijk het vlees van Gods prachtige schepping. De gemeente eet ook min of meer van het vlees van hun broeders en zusters. Vaak zijn wij voor elkaar niets anders dan een stuk vlees. Hoe vaak gaan gemeentes wel niet ten onder in uiterlijkheden, in mooie kleding die vooral duur moet zijn en er duur uit moet zien. Zo wordt de geest verzegelt en valt weg. Zo raakt de gemeente opgesloten, en trekt het de boze geesten aan die neerdalen om de zielen te slachten. Het is dus al een strategie van satan waar we elkaar aan hebben blootgesteld door alle nadruk op het vlees te leggen. Het vlees trekt de slagers van de hel aan. In veel gemeentes hangt er ook een geest van 'Wat ben jij dik geworden,' of 'Wat ben jij dun geworden.' In gemeentes hangt er dus al een grote vleeskeuring rond, en de boodschappen er omheen zijn subtiel. Alle aandacht wordt op verschillende manieren, en vaak ook heel tegenstrijdig, naar het uiterlijk verlegd, als de codes waardoor deze geesten werken. Iedereen krijgt opmerkingen over zijn of haar uiterlijk, positief en negatief, wisselend en tegenstrijdig, om hen in die vlees-box te houden. Dit is het werk van boze geesten veelal. Alleen door de geest mogen wij opmerkingen maken over het uiterlijk van iemand, maar dan moeten we wel heel goed weten waar we mee bezig zijn. Het mag alleen door een profetisch woord van de Heere, als wij profetisch leven, met als doel zo iemand te richten op het geestelijke.

In het Woord van God, in het Oude Testament lezen wij dat de Heere door het eten van het gemeste vlees van de vijand dronken wordt. Dat is eigenlijk heel logisch, want door te eten worden dingen getransformeerd, en worden er nieuwe dingen gecreeerd. Eten leidt dus tot groei, tot andere inzichten en uitzichten, en dit leidt dus tot de ware vreugde, de dronkenschap des geestes. Wat we nu veelal om ons heenzien is de dronkenschap van satan. Toch lezen wij ook in het Woord van God dat de Heere de vijand dronken maakt. Het is een onderdeel van het oordeel. We lezen in het boek Jeremia dat die dronkenschap tot eeuwige slaap leidt. Hoe zijn wij er dan tot gekomen om te geloven in een eeuwige marteling van de goddelozen in de hel ? Hier staat, in Jeremia, dat God de vijand door dronkenschap heen leidt tot de eeuwige slaap. Wij denken bij oordeel vaak aan ziekte, dood, en dan eeuwig lijden in de put van de hel, maar hier zien wij toch hele andere dingen gebeuren. Wij mogen al die dingen naast elkaar leggen om zo een beter inzicht in de afdelingen van de hel te krijgen. Daarom zal deze studie een blijde boodschap over de hel zijn. De hel behoort namelijk tot Gods Heilsplan, Gods Liefde voor ons. Wat gaat er dan vooraf aan die dronkenschap die God op de vijand legt ? In Jeremia lezen we over de verhitting. De vijand wordt beschreven als een groep jonge leeuwen die grommen als leeuwenwelpen. Het is opmerkelijk dat zij 'tezamen' zijn. Zij hebben elkaar opgezocht, en dan worden zij volgens het Woord van God 'verhit'. Wat zou dat kunnen betekenen ? In het boek Openbaring lezen wij hoe ze het bloed van de martelaren drinken, en dat er dan een gevecht ontstaat. Ze zullen elkaar in de haren vliegen, want hun rijk is innerlijk verdeeld. We zien dus een aantal dingen waaraan God de vijand overleverd om zo tot dronkenschap te doen komen die leidt tot de eeuwige slaap. Ook wordt er in het Woord van God over 'vergetelheid' gesproken. Het bewustzijn van de vijand zal dus verlaagd worden.

Eén van de prachtigste verhalen en diepste beelden in het Woord van God is de gelijkenis van de verloren zoon. De jongste zoon zegt zijn vader vaarwel, en eist zijn deel op. Hij reist naar een ver land waar hij zijn deel verkwist in een leven van overdaad. Dan komt de honger met het lijden, en uiteindelijk belandt hij tussen de varkens. Gelukkig loopt het wel goed met hem af, maar wat zien we in dit beeld ? De verloren zoon kwam gevaarlijk dicht bij de tweede dood, de hel, en die leidt gelukkig niet tot eeuwige marteling, maar tot de varkens, in deze gelijkenis, het beeld van de eeuwige slaap en vergetelheid. Ik weet dat velen worstelen met die beruchte tekst uit Openbaring waar het beest gepijnigd wordt tot in alle eeuwigheden, maar lieve broeder of zuster : pijniging leidt tot slaap, verdoving. Als we die andere teksten over Gods oordeel er naast leggen, dan zien we dat de pijniging van de tweede dood leidt tot dronkenschap en zo tot de eeuwige slaap. Het is een vernietigings-proces van het bewustzijn. Uiteindelijk heeft het beest min of meer zijn bewustzijn verloren, en slaapt dan. Het beest is een stuk vlees geworden dat gegeten gaat worden, dat wil zeggen : getransformeerd. Alles wat hij heeft opgeslokt zal zo weer bevrijd worden. Het beest gaat dus gegeten worden tot onze bevrijding. Wij zijn namelijk min of meer gevangenen van het beest. Dit is dus a.h.w. de opstanding der verdoemden : Het zijn geen woeste leeuwen meer die ons in hun klauwen hebben en ons vervolgen, maar varkens. Dit is het teken van overwinning voor de gemeente.

Het vlees van slachtvee is een beeld wat God telkens weer gebruikt om het eeuwig leven uit te beelden, als een teken van overwinning voor de gemeente. De vijand is dus niets anders dan mestvee. Blijft u de vijand telkens voor u zien als een grote leeuw of als een groot beest, en blijft u u telkens richten op de geestelijke oorlogsvoering in plaats van op de geestelijke jacht en het proces van de geestelijke fokkerij, dan heeft u nog niet veel van het Woord van God begrepen. Geliefde broeder en zuster : Er is een opstanding van de duivel, er is een genezing van één van zijn koppen die verwond was. Dit is het beeld van de overgang van de vijand van roofdier tot slachtvee. Dit is wat het Woord van God leert. Ook wordt dit proces veel vergeleken met een akker in het Woord van God. De akker is het beeld van groei. God heeft het kwaad laten bestaan, en laat het bestaan, zodat wij altijd genoeg voedsel zullen hebben, tot in alle eeuwigheden. Ook wordt dit vergeleken met de persbak waar de bloeddruiven van de vijand door de Voeten van Christus getreden worden, als de altijdgroeiende oogst van de wijngaard. Dat is ook de boodschap van Elia en Elisa : de olie en de meel zullen niet opraken. Ook is het de boodschap van de wonderbare spijziging waar het brood en de vis zich vermenigvuldigde. Nu zou u misschien zeggen : 'Dus we mogen vis eten.' Maar houd u goed in de gaten dat het om bovennatuurlijke vis ging. Waar kwam al die vis vandaan ? Uit de hemelse gewesten. In dat licht kunnen we ook zien hoe Christus met Zijn verheerlijkte lichaam een stuk gebakken vis at. Hij at vis uit de hemelse gewesten. In de hemelen zal de vis en het vlees altijd voor onze ogen groeien en vermenigvuldigen, opdat wij nooit meer honger hoeven te leiden, en nooit meer door roofdieren onderdrukt zullen worden. Dat is de heerlijke boodschap over de hel.

Christus is het Vrederijk Zelf. Alhoewel hij op aarde leefde, leefde hij tussen hemel en aarde in, waardoor hij de wonderen en tekenen deed. Als we daarom het verhaal over de kudde zwijnen lezen waarin Christus de uitgedreven boze geesten dreef, zodat ze zich van de heuvel in het meer stortten om zo te verdrinken, mogen we er zeker van zijn dat dit zwijnen uit de hemelse gewesten waren. Dit is ook een mooi beeld van wat God met de vijanden doet.

Hoe kunnen wij nu afrekenen met het beeld wat in de gemeente heerst elkaar te behandelen als een stuk vlees ? Dat kunnen we alleen oplossen als we de ware betekenis kennen hoe om te gaan met vlees. Wij moeten het vlees van Christus eten in alle heiligheid, om zo in heilige verbinding met Hem te komen, en zo moeten wij ook Zijn bloed drinken. Maar zo moeten wij als volgelingen van Christus ook ons vlees en bloed geven, en elkaars vlees en bloed in Christus ontvangen. Dit is de Heilige Maaltijd van Christus.

Er zijn verschillende krachten van de tweede dood werkzaam in de goddeloze. Maar er zijn ook verschillende krachten van de opstanding van Christus die in de godvruchtigen werken. Door heilig met deze dingen om te gaan zal het ons ook tot dronkenschap leiden. Dit wordt in het Woord van God 'de grote maaltijd Gods' genoemd.