Profetische boeken en artikelen De Juwelen van het Kruis 15 maart 2009
Voorwoord door A. Moolenburgh: Voorwoord door A. Moolenburgh - In voor een avontuur ? Een profetisch avontuur ? Dan is dit boek voor u. Dit boek is één van de fundamenten van de zogeheten lijdensbeweging, een beweging in het christelijke frame-werk die de gelovige terugbrengt tot het kruis, om zo door verbrokenheid, en juist door het aanvaarden van het lijden een glimp op te vangen van God. Misschien kent u de boekjes van M. Basilea Schlink wel. De schrijver zelf heeft op dit punt ook ontmoetingen met de Heere gehad, en begon er al snel over te schrijven. Verschillende onderdelen van dit boek verschenen allereerst in christelijk-profetische magazines die te lezen zijn op IHAO Europe zoals ‘De Vloedgolf’ en het apostolische frontnieuws ‘De Orkaan’. Ook komen diverse delen uit de serie ‘Operatie Eindtijd.’ Al met al is het een prachtige collectie geworden met alle belangrijke werken over het belang van het lijden en hoe ermee om te gaan, verzameld tot één boek. Moge de Heere u rijkelijk zegenen tijdens het lezen ervan.

Inhoudsopgave :

Hoofdstuk 1. De Kooi van de Profeet
Hoofdstuk 2. Het Grijpen Naar het Zwaard
Hoofdstuk 3. De Juwelen in het Zwaard
Hoofdstuk 4. De Juwelen in de Helm
Hoofdstuk 5. De Juwelen in het Schild
Hoofdstuk 6. Op Naar het Eiland


Hoofdstuk 1. De Kooi van de Profeet

Het profetische leven kenmerkt zich door de worsteling met jezelf en je interpretatie. Ontbreekt die worsteling, dan kun je je afvragen of je wel profetisch leeft. Vaak is datgene waarvan men denkt dat het profetisch leven is gewoon sociaal leven. De worsteling met jezelf wordt vaak extra verhit door de sociale machine, en zo probeert de profeet die dan ook zo veel mogelijk te ontvluchten, om innerlijke rust te vinden. Vaak zal de profeet dan merken dat hij een gevangene is van die machine, terwijl zijn gevoeligheid dat idee steeds zwaarder maakt voor hem. Dit zal onherroepelijk leiden tot een escalatie, een soort profetische verbrokenheid, waardoor de profeet min of meer bevrijd wordt. Dit kan door een trauma, overspannenheid, een ziekte of iets anders. Dit wordt vaak niet door de samenleving geaccepteerd waardoor de zwaar beproefde profeet een soort paranoia ontwikkelt, en zelfs vormen van heilig autisme. De profeet gaat inzien hoe diep de aarde en de wereld gevallen is, en wil niet meegesleurd worden. Zo worden vaak zijn paranoia en autisme gescherpt. Hij zal zich eerder identificeren met een dier of een boom, dan met een mens. Maar toch is hij ook een mens, en zal daardoor een tussenvorm proberen te vinden.

De zwaar gekwelde profeet gaat de gevaren inzien van het overmatig communiceren, van zintuiglijke informatie door bijvoorbeeld licht en geluid. De profeet zoekt meer en meer de stilte op, ook de stiltes van de geestelijke wereld. Hij leert de subtielere talen kennen, de zogenaamde stille talen, en merkt dat daarin de geheimen van het leven zijn opgeborgen. Hij merkt dat lichten verblinden, en dat dit een zegel is dat hij dient te verbreken. Hij merkt dat geluiden verdoven, en dat hij ook dat zegel moet verbreken. Maar hij merkt ook dat hij zonder licht en geluid niet kan leven. Zo gaat hij op zoek naar een tussenvorm. Maar hoe ver hij ook hierin komt, het verleden lijkt hem te achtervolgen, om hem weer in worsteling met zichzelf te brengen, met zijn interpretatie. Zijn herinnering dient genezen te worden.

Zo ontwikkelt hij meer en meer een Goddelijke Gespletenheid. Er zullen tijden zijn dat hij zich meer en meer gaat voelen als een insect, en hij begint vertrouwd te raken met de cocon en het wezen wat daaruit voort komt. Hij leert de mechanismes kennen.

De wereld is wreed, een wrede cocon voor de profeet. En in zo'n wrede cocon wordt een wreed schepsel ontwikkeld, iets waar de profeet tegen strijdt, maar wat hem telkens weer overwint. Maar ook wordt er in de cocon iets anders ontwikkeld, namelijk een teder en genadig schepsel. Hiertoe voelt de profeet zich bijzonder aangetrokken, maar ook tot het ander wezen, als in een Goddelijke Gespletenheid. Het is als het ei van een schorpioen, als iets wat hem van binnen verscheurd, als een put van schuld en schaamte. En zo ontdekt de profeet de cocon in de cocon, en gaat op zoek naar zijn diepere zelf, niet naar de schijn-zelven en de illusie-zelven aan de oppervlakte, die een product zijn van interpretatie. Interpretatie is een projectie, en is nooit in staat iets geheel naar waarheid over te dragen. Daarom streeft de profeet naar Profetie. De profeet zal een keuze moeten maken tussen Interpretatie en Profetie, tussen Projectie en Profetie, steeds weer. Interpretatie komt telkens wee r opduiken, en verwond de profeet telkens weer, maar dit is nodig om het diepste van de profeet te doen ontwaken.

Vaak doet het extra pijn wanneer de profeet denkt dat hij hier voor niets doorheen moet, en dat hij hier alleen doorheen moet. Maar het Pad van de Profeet is standaard. Profeten zijn vaak eenlingen. Het hoort bij de proef dat ze in ketels worden geworpen waarin honderden valse profeten om hen heen staan.

Het is een vast pad waarover de Heer de profeet leidt, terwijl de profeet zelf vaak het idee heeft alsof alles los staat. De worsteling met zichzelf brengt vaak een bepaalde woede omhoog in de profeet. Woede is een vorm van pijn, en dit is voor de profeet zeer belangrijk om tot het Kruis der hemelen te kunnen komen. Nu ik dit zo schrijf krijg ik deze woorden in mijn gedachten : 'Zie het kruis als een bloem, een bloem van de armoe. Het kruis is een boodschap, en als we haar haarzelf laten ontvouwen, dan zal ze ook de oplossing en de transformatie geven.' Het kruis is niet een stuk hout, maar een groeiend en bloeiend geheel. De Heilige Armoe zal ons onze identiteit terugbrengen en ons bevrijden van verworpenheid doordat we verbonden worden met onze verloren delen. De Heere heeft in de Begintijd er duizenden jaren overheen laten gaan om de uitstorting van de Heilige Geest voor te bereiden. Weer heeft de Heere er duizenden jaren overheen laten gaan om de uitstorting van de Heilige Armoe voor te bereiden. Wanneer en hoe dit Heilsfeit gaat plaatsvinden weet niemand, maar we weten wel dat het steeds dichterbij komt. Zolang is dit een Verborgen Heerlijkheid van God geweest. Nu staan we aan de vooravond van het vrijkomen hiervan. De Heere had beloofd in de Eindtijd geheime bronnen te openen. Zo zullen wij moeten leren door de Heilige Armoe geleid te worden. De Heilige Armoe zal ons de Verborgen Sleutels der Hemelen brengen. Zij zal ons in een dieper contact met de engelen brengen. Zij zal ons haar sleutelen van de dood aanreiken, als we gewillig zijn haar te volgen.

Als je contact zoekt met de Heilige Armoe, ga er dan mee om als met een persoon, en niet iets wat je 'kapot' moet aanbidden, zodat het naar je luistert. Dit zal namelijk niet werken. Men heeft geprobeerd om zo met de Heilige Geest om te gaan, en zo heeft men een valse geest opgeroepen. Door dit soort gedrag zal de Heilige Armoe van je wegvluchten en niet zo snel meer terugkomen. Normaal gesproken zal er eerst toegewerkt worden naar een Ontmoeting met de Heilige Armoe, iets waar je heel voorzichtig naar mag gaan streven. Zendt de Heilige Armoe eerst voorzichtig jouw liefde, je troost, en zendt genezing. Als je gaat aanbidden en echt bidden, dan zul je de Heilige Armoe daarmee overbelasten, en zal zij van je wegvluchten. Zij is teer als een veer, en de Geest zal haar dan ook zeker bij je weghalen, als je verkeerd met haar omgaat.

Zij die gevoelig zijn voor de Heilige Armoe zullen naar een Ontmoeting uitzien, en haar van verre voelen naderen, stap voor stap. Alles is ook proces-gewijs, steeds meer en meer, niet alles in één keer. Nadat er een Ontmoeting is geweest met de Heilige Armoe kun je gaan streven naar de Samensmelting met de Heilige Armoe. En reken maar dat dit een lang proces is. Je zult eerst uitvoerig door haar getest worden.

Omdat de Gemeente van Christus deze twee Zegeningen van de Heilige Armoe veelal heeft verzaakt is zij gevlucht tot twee culturen die veel meer met de Armoe ophadden dan de Kerkelijke cultuur. Bij deze twee culturen kunnen we deze twee verloren gegane Zegeningen terugvinden :

· De Eerste Armoeds-Zegen : De Ontmoeting met de Heilige Armoe - DE ARABISCHE CULTUUR

· De Tweede Armoeds-Zegen : De Samensmelting met de Heilige Armoe - DE INDIAANSE CULTUUR

Dit is ook de reden waarom het voor een christen zo belangrijk is om terug te keren tot zijn Joodse Wortels, omdat daar de Gave van Armoe veel beter te vinden is. Een christen die zich loskoppelt van zijn Joodse Wortels wordt onherroepelijk gegrepen door een Westelijke geest, en zal ook onder het oordeel over het Rijke, Vampiristische Westen komen. Weet wat er voor een prijskaartje aanhangt om je met het kapitalistische Westen te identificeren. We doen er beter aan Zuidelijker en Oostelijker te gaan denken, om met de Heilige Armoe aan het oordeel over de rijken te ontkomen. Wie zullen we volgen ? De rijke man of de arme Lazarus.

Ik had het voorrecht de Heilige Geest te ontmoeten middels de Evangelische Beweging, de Vol Evangelie Beweging, de Pinksterbeweging, en de Charismatische/ Profetische Beweging, na opgegroeid te zijn in de Reformatorische Beweging. Dit was voor mij een hele bevrijding, maar ik was er nog niet. Al snel vloog het Kapitalisme me naar de keel in die Reis met de Heilige Geest, en ik mocht kennis maken met de Heilige Armoe. Dit was voor mij een nog grotere bevrijding. De Heilige Geest leidt naar de Woestijn, waar we de Heilige Armoe mogen ontmoeten. Ik nodig u uit u intens naar deze ontmoeting uit te strekken, om met haar een relatie te beginnen.

Ik kreeg vrede door de Heilige Armoe. Het kapitalisme loont niet. Ik had weer contact met mezelf en een dieper contact met de Goddelijke Realiteiten, als door een heilige vlam. Na en tijdens de Zegeningen van de Heilige Geest mogen we ons ook al openstellen voor de Zegeningen van de Heilige Armoe. Dit is waartoe de Geest ons leidt. Als de Geest ons leidt tot kapitalisme, dan mogen we ons afvragen of dat wel de Geest van God is. U kent ze misschien wel : Mensen die naar zeggen door de Geest gedoopt en/ of genezen worden, en dan ineens als pronkhanen rondlopen in de duurst mogelijke kleding, geheel volgens de wereldse elite-trends, en sommigen lopen ineens met stropdasjes rond, omdat ze nu ook tot de elite van de kerk behoren ... Dit heeft al helemaal niets met de Heilige Geest van God te maken, en al helemaal niet met de Heilige Armoe. U behoort in de woestijn te zijn, en niet in Babylon.

Zo spreekt de Heer :

Ik ga een nieuwe schaal uitgieten over de Welvaarts Beweging. Zij laten de Heilige Geest zien als iemand die tot Protserige Welvaart en Elite leidt, en niet naar de woestijn. Heb ik Mijn Zoon Christus Jezus niet door de Geest naar de Woestijn geleidt ? Zij laten de Heilige Geest zien als één of andere malloot die klapt, zingt en danst om één of andere Protserige en Eerzuchtige Podium-Jezus te aanbidden. Mijn Zoon trok Zich veelal terug om Zich voor te bereiden op het Kruis dat Hij zou dragen, en om Zich op Zijn Hemelvaart, de Reis naar het Verborgene, voor te bereiden. Dit was een Reis tot de Heilige Armoe. Gij hebt Mijn Zoon en Zijn Geest tot een bespotting gemaakt. Daarom, oh Welvaarts Beweging, gij die leugens verkondigt om de Heilige Armoe buiten te sluiten, gij zijt zelf een bespotting. Weest blij als Ik u tot de Zegen van Pinksteren heb geleid, en weest blij als Ik u tot de Rijkdom der Geestesgaven en haar weelderige vruchten heb geleid, maar laat het u leiden tot de Woestijn, tot een diepere ervaring door het Kruis, en niet tot de tronen van welvaart, en niet tot de tronen van aanzien, en niet tot de tronen van Babylon tot vleierijen met de wereld. Oh, gij van de Welvaarts Beweging en haar bedieningen, Ik ben diep in u teleurgesteld. Heb Ik u dan gezonden om u te hechten aan een hoer ? Hecht u dan aan de Heilige Armoe en weest vruchtbaar. Hecht u dan aan het Kruis der hemelen, en weest vruchtbaar. Maar Ik heb tegen u dat gij uw eerste liefde hebt verzaakt. Gij hebt markten opgericht om haar te verkopen. Daarom zal er een nieuwe schaal worden uitgegoten over deze pooierijen. Weet dat ik het u ten laste ga leggen als gij zult doorgaan Mijn Zoon op deze schandelijke manier te verpooieren. Gij hebt Mijn Zoon verkracht ! Gij hebt Mijn Woord verkracht ! Gij hebt Mijn Geest verkracht !

En het Woord des Heeren kwam wederom tot mij met kracht :

Uitspuwen zal Ik hen die zich blijven vasthechten aan de Welvaarts Beweging. Uitspuwen zal Ik degenen die zich tegoed blijven doen aan het Welvaarts Evangelie. Vele profeten wijken af naar deze valstrik, en verkondigen rotzooi aan Mijn volk. Vele van Mijn kinderen komen in hun strikken terecht om daarin te zondigen. Veel bloed kleeft er aan hun handen. Zalig zijn zij die van Heilige Armoe prediken, en waartoe de Geest leidt. Zalig zijn zij die over de woestijnen prediken. Zalig zijn zij die van het diepere en verborgen Kruis prediken. Zalig zijn zij !

In de Zegeningen van de Heilige Geest wordt er veelal gericht op moment-opnames : Eerst is er niets, en dan is er ineens alles. Zo kijkt men veelal tegen de wedergeboorte, maar vooral ook tegen de Doop in de Geest aan. Bij de Gebondenheid in de Geest wordt er al meer gekeken naar een bepaald proces, alhoewel de eerste ervaring daarin al heel snel en diep kan gaan. De overstroming des Geestes is dikwijls een erg groot proces. En daar waar de Geest gevoelig is, de Heilige Armoe des te meer. We moeten voorzichtig zijn in onze relatie met de Heilige Armoe, en we raden aan om de stappen hierin des te meer als een proces te zien. Ook raden we aan om in de relatie met de Heilige Armoe progressiever om te gaan, dat wil zeggen : opbouwend, stimulerend, van A naar B, en niet van A naar Z. Dus echt met tussenstappen, het de tijd geven, en het langzaam laten groeien. De Heilige Armoe mag absoluut niet gemanipuleerd worden.

Vaak zijn er patronen te vinden voor hen die met het diepere kruis in aanraking komen. Zij zijn als het ware door het klassieke kruis heengebroken, door het algemeen aanvaarde en algemeen ingeburgerde kruis. Zokomen zij dan tot het kruis van woede, het kruis van haat, en daarna tot het kruis van stilte. Vaak wordt dit door farizeeers als zonde bestempeld, wat dan ook veel gevoelens van schuld en verwerping met zich meebrengt in de lijdende.De lijdende aan het diepere kruis kan zich dan zelfs door God verlaten voelen,maar uiteindelijk brengt dit diepere kruis hem tot de diepere en verborgen delen van God, die niet zomaar toegankelijk zijn. Het zijn ontoegankelijke, duistere plaatsen waartoe de Heere zo'n lijdende brengt. Zo ontstaat er vaak een soort wiel waaraan de gekruisigde steeds dieper in de sferen van de onderwereld terechtkomt. Vaak wordt zo'n lijdende verteerd door wroeging. Had hij nu maar niet dit gedaan, of dat gedaan,dan hing hij nu niet aan zo'n verschrikkelijk kruis, stond hij nu niet schuldig aan zo'n verschrikkelijke zonde. Misschien dat de lijdende vroeger deel had aan allerlei charismatische zegeningen, hoorde hij regelmatig de stem van God, en ervoer hij Gods genezende hand, maar nu ? God spreekt niet meer tot hem, en hij hoort al helemaal Gods stem niet meer. Waar zijn al de gaven gebleven ? Al de zegeningen ? Waar is het leven in overvloed des hemels gebleven ? De aarde, en vooral het geestelijke, was een paradijs voor hem, maar nu ? Wat is er van dat paradijs overgebleven ?

En zo ziet hij om zich heen anderen die wel deel hebben aandie zegen. Zij zijn niet gevallen, de Heere heeft hen niet verstoten. Hij is de buitengeslotene. Zou hij ooit nog terug kunnen komen, of zal dit wiel waaraan hij hangt, waarvan hij denkt dat het zonde is, hem nog dieper brengen ? Waar een kruis voor zonde en schuld wordt aangezien wordt de ellende nog erger.

God lijdt aan een dieper kruis. Dit kruis is de oorzaak van Zijn woede, het diepere kruis. De woede kan erg uitputtend zijn, en leidt bij herhaling aan het wiel tot een heilige haat. En deze zakt uiteindelijk diep in een grote stilte, een groot, diep en geheim kruis, vol van raadselen. God spreekt niet meer. Zij die hem horen horen het verleden, het geschrevene, het gelezende, en die raadselachtige echo, als een orakel. God spreekt niet meer.Het is duister geworden in het hart van de lijdende, die het diepere kruis van God heeft ontmoet. God is stil geworden na de herhaalde klappen van het kruis,waar telkens Zijn woede en haat oplaait, als in een raadselachtig wiel. God spreekt niet meer. Alleen nog door raadselen en orakels. En wie kan die verstaan?

Het is het onontkomelijke pad van het kruis voor hen die Hem waarlijk liefhebben, te komen tot het diepere kruis, waar het wiel draait,waar alles erger wordt, en te komen, zo diep, daar waar God niet meer spreekt. Hier luistert God niet meer, omdat Hij niet meer kan luisteren. Zijn oren zijn hier doof geworden door de klappen van het kruis. God spreekt cryptisch, door raadsels en orakels. Dit is voor profeten een hogere weg, om los te komen van het materiele. Profeten die uiteindelijk dit pad niet opgaan worden vroeg of laat door de Mammon gegrepen. De Mammon is zo'n beetje de baas van het materiele christendom, al dan niet van het voorspoeds-evangelie.

God spreekt niet meer. Zijn paden zijn vaag geworden. Door het diepere kruis komen we tot een versteende, bevroren God, monddood gemaakt door zijn volgelingen. Als dolle dwazen dansen ze om de paal heen waaraan ze hem hebben gekruisigd. Nee, God spreekt niet meer, omdat jullie .... zouden de oude profeten zeggen. Inderdaad, God spreekt niet meer. En God zal ook nooit meer tot jullie spreken. Hij heeft jullie overgeleverd aan de misleiding ... Dat is het woord van de profeten tot een joelende kerk. En wat zullen ze met die laatste profeten doen ? Waarschijnlijk ook aan een paal spietsen om er als zotten omheen te dansen. Nee, God spreekt niet meer. En Hij is ook niet meer van plan om het te doen. Maar de Heere zendt Zijn Paradox tot de cryptischen, de schijnbare tegenstelling, want er zijn meerdere seizoenen, en je kunt de diamant draaien om van meerdere kanten te bekijken. Ook worden er meerdere talen gesproken. Het zal dus een veelvoudig doel hebben, om de gelovigen binnen te halen, en de afvalligen af te scheiden als een zifter en een toetser, een Eeuwig pad voor de rechtvaardige, een nieuw vuur, en tot een oordeel over de onrechtvaardige. God spreekt niet meer. Ze hebben zijn mond gekruisigd, doorboort. God luistert niet meer, want zij hakten zijn oren af. Wilt u tot deze God komen, of wilt u verder gaan met uw papieren kruisje, als een idioot bloemetje op weg naar de bruiloft tussen Mammon en de gevallen bruid ? Zij pleegt overspel, want zij behoorde Christus toe. Zij hebben van de Bijbel een boek van materie gemaakt. Zij hebben God bevroren.

Diep onderin de aarde woont God als de indiaan die door de christelijke kolonisten werd vermoord, opdat zij het Grote Amerika konden bouwen, het verborgen Rome, de verborgen Grootmoeder van Alle Hoeren. Wist u dat alles wat we om ons heen zien gebeuren, en wat gebeurde in de geschiedenis, naar boven kwam als een weerspiegeling van Eeuwige Realiteiten ? Zij kwamen aan de oppervlakte als verborgen boodschappen van God. Maar wij staarden ons blind op het papiertje, en ons papieren koninkrijk. Wat is bijvoorbeeld het kruis van de indianen, het bloed en gebeente waarop Amerika werd gebouwd ? Wat is het kruis van de Tweede Wereldoorlog, het Kruis van Zes Miljoen ? Wat is het ketterkruis, het kruis der heksen, en het kruis van hongerend Afrika ? Zijn wij niet geroepen om die kruizen tot ons te nemen ? Waarin God tot ons spreekt in verborgen taal ?Waardoor we kunnen zeggen : God spreekt toch nog ? Zijn wij niet geroepen om die kruizen aan te nemen ? Of staren we ons blind op een papiertje, en op Jezus aannemen, om vervolgens ons kruis van ons af te werpen ? Hoe komen wij tot Christus. Door het kruis ! Waar is dit kruis ? Op een papiertje ? Neen. Dat kruis is om ons heen, en in de geschiedenis. God plantte ons in een tuin volkruizen. Kijk om je heen.

Heere, ik draag het Kruis van Hongerend Afrika, als een verborgen boodschap van u. 'Ik draag hen van Ethiopie allen in mijn hart. Mijn bloed vloeit door alle mannen en alle kinderen in dit goddeloze land dat mijgebracht, bevrijd, heeft. Ik heb zoveel tranen geweend, zelfs de blinden kunnen dat zien. Dit is de wereld van een vrouw. Dit is mijn wereld. Om mijn kind te redden, verhonger ik liever zelf,' zei de verzetsstrijdster Neneh Cherry eens. Heere, ik draag het Kruis der Indianen in mijn hart, en neem het aan, om tot u te komen. Heere, ik draag het kruis van de zes miljoen joden, het kruis van zes miljoen, die in de tweede wereldoorlog op gruwelijke wijze omkwamen. Heere, ik draag de martelaren van het pauselijke bewind in mijn hart, en draag hun kruis, want het is uw kruis. Zoveel heksen, of gewoon natuurliefhebbers, verbrand, en zoveel ketters, of andersgelovenden, of gewoon cryptici. Ik draag hun kruis en neem het aan, om tot u te komen, die lijdt in het binnenste der aarde. U heeft uw zaad in de hel gezaaid, en wij doen net als u, omdat wij u volgen. En dan het kruis der dieren, kruis der bomen en bloemen, het kruis van uw natuur en wildernis, wij nemen het aan. Dat is Christus aannemen. En niet : Oh Heere, ik neem u aan. En dan met een vrolijk gezicht het kruis afwerpen om voor de rest van je leven te gaan 'lofprijzen'. God is toch doof. Verdoe je tijd er niet mee.

Het diepere kruis een kruis van woede, heilige haat, leidende tot diepere stilte. Hieraan kun je ze herkennen, zij die Christus volgen. Ze haten de wereld, de zonde, zij haten de materie, en hun woede groeit. Ze zijn apart gezet door Gods Toorn. Het is alsof zij worden bewaakt doordraken. Niet alleen de draken van het kwaad, maar ook de draken van de Heer. Zij zien de aarde als gevangenis, en voor hen is het als een cocon.

God spreekt niet meer, en toch spreekt Hij, als een prachtige Paradox. Zij die Hem volgen hebben een nieuwe taal geleerd, hebben Zijn orakelen leren kennen : de geschiedenis, het cryptische. Oh ja, zij gaan door grote lange woestijnen heen. Zij hongeren, en dorsten, maar van binnenbrandt een vuur dat hen op gezette tijden hoop geeft, als een wiel. Telkens weer komt de vlam langs. Maar soms breekt het wiel, en zakken of vallen zij nog dieper. Door de rijken worden zij zondaren genoemd. Want er zijn maar wat veel rijke christenen die armoede als zonde zien. Kom daar eens mee aan in Afrika. Daar stikt het zeker van de zondaren dan. Maar God laat zien dat het een kruis is. Armoe is het voorportaal van het kruis, en zij die de armen en de armoe nietin hun binnenste dragen, kunnen niet tot het kruis komen. Het kruis en de doodvlucht van hen weg, en zij leven in de leugen van voorspoed, de glitterwereld. Ik zal u haarfijn uitleggen wat dit inhoudt. Het zal niet voor eeuwig zo duren. U wordt gefokt door de Mammon. Straks haalt hij de glitters weg, en dan kunt u de rest van uw leven, en zelfs misschien na de dood en in de eeuwigheid :hongeren naar de vruchten en de heerlijke wijn van vroeger, hongeren naar de moederborst, maar het zal er niet zijn. Kent u dat plaatje waar een drenkeling op een schildpad of vis zit en aan een stok wat voedsel voor de schildpad of vis laat bungelen ? Zo brengt het dier hem naar een eiland. Het is een slavencode,die ook wel Tantalus genoemd wordt, een deel van de hel. Daar worden de rijkenen de voorspoedigen dus voor gefokt. Na de val van hun glitters zullen ze gekweld worden door hun herinneringen, en die herinneringen zullen hen allerlei klusjes laten doen. Er hangen vruchten voor hun ogen, en zodra ze naar vorenbuigen om ervan proberen te eten trekken de vruchten zich terug. Dat is de tragedie van het voorspoeds-evangelie. Het is een slavenfokkerij. En God kan niks voor ze doen, omdat ze het kruis verworpen hebben. God is het kruis,hieraan gelijk geworden in zijn lijden. Dat is de tragedie der rijken. Het zijn tragische figuren die naar de putten der dana'iden geleidt worden, oftewel de bodemloze putten waar ze voor eeuwig water naartoe moeten dragen. (Eeuwig is altijd aeonisch, dat wil zeggen : tijdelijk, totdat de straf is uitgezeten.'Altijd' is dus heel cryptisch : Tot de volle munt terugbetalen. Er is geen altijddurig en oneindig leed, niet voor de arme, en ook niet voor de rijke. Indien wel, of voor u nog steeds : De cryptiek zal dit een halt toeroepen endoen afbrokkelen. Cryptiek is tijdloos.)

De Paradox heeft altijd voor onschuldigen gepleit, en heeft altijd een ruimer begrip gegeven over het verschil en de overeenkomst tussen goed en kwaad. Zoals de Paradox de schijnbare tegenstelling is, zo is de Naradox de schijnbare nutteloosheid. Uiteindelijk bestaat er geen nutteloosheid. Alles dient ergens voor. De Naradox schijnt hier licht over, en komt op voor dat wat als nutteloos bestempeld wordt. Als je tot het dieper kruis bent gekomen, en je ziet geen uitweg meer, en je ziet het nut er niet van in, bedenk dan dat dit wiel waaraan je hangt de deur opent naar een dieper leven, daar waar de Naradox en de Paradox voor je pleiten. Het is een deur in de aarde waardoor je leert dat God op vele manieren kan spreken. Je leert je te warmen bij het stille en dove kruis des Heeren, en je leert een diepere en grotere kracht van God ontdekken. Het is een klein, zwak vlammetje, een waakvlammetje, maar eigenlijk een slaapvlammetje, want God slaapt hier. Het kruis heeft Hem in een diepere slaapgebracht. Ja, God slaapt.

Kun je dat volhouden, om met een slapende God te zijn ? En dat terwijl de stormen zo bulderen ? We zitten als discipelen in Romeinse ballingschap, en onze God slaapt. Tot wie roepen we dan ? Of omhelzen we Zijn diepere kruis, worden we stil om alles te 'aanvaarden'. Zoals Paulus sprak : Aanvaardt het lijden. Dat is wat anders dan het oh zo makkelijke aanvaarden van Jezus Christus. Maar er is geen Christus zonder kruis. Ga eerst het pad van het Oude Testament, waar God bijna niet sprak. Als er ergens kruizen zijn : Daar zijn kruizen. Zij vormen het fundament van het kruis van Christus. Zij zijn de wortels van het kruis van Christus. Wie iets van Christus gezien heeft : Kom dieper. Wie iets van Christus en het kruis gezien heeft : Kom dieper. Er is een diepere weg. Jezus ging naar de onderwereld, daalde door het kruis daarin af, daar, waar de Vader al gekruisigd was, waar een deel van de Vader al niet meer sprak, en niet meer luisterde.

Laten we er aan gewend raken dat God niet spreekt. We leven in een wereld van het consumeren. We leven in een wereld van veel vragen en weinig geven. Oh, hoe we druk in de weer zijn met onze eigen huisjes en kruisjes. Maar het ware kruis des heeren kennen we niet, het kruis dat alle grenzen doorbreekt.

God lijdt in het binnenste der aarde, daar waar alle stemmen doven, en soms afgrijselijk gegil. Daar waar alle oren zijn afgestorven, uitgestorven, maar waar op sommige plaatsen die oren weer aangroeien, gevoeligerdan ooit. God is er voor weggevlucht, die alarmen. God is blind geworden door de felle lichten. En openbaringen krijgen we niet, want wij hebben zijn woord : het geschrevene en het gelezene, en wat echoes die in de wind verdraaien. Visioenen zijn hier uitgestorven, en ook dromen. Wij dromen niet, maar rommelen nog wat na. God is gevlucht op het diepere kruis. Waar is God ? Wij weten het niet. Onze dromen zijn slechts gebrabbel, onze profetieen zijn slechts geruis. God heeft ons verlaten. Noemen we het zonde, of noemen we het kruis ? Wat hebben ze gedaan met de laatste profeten ? Waar zijn zij ? Laten we hen opzoeken, maar nee, laat maar. Zij zijn op dezelfde plaats als God, daar, diep in de aarde, daar waar alle oren zijn gesloten, en soms hevig gedruis. Laten we het allemaal maar rusten ... Of zijn er toch enkelen onder ons die het niet willen laten rusten.... die het als een uitdaging zien .... in voor een avontuur ? Kom met mij mee, want ik zie wat licht. Ik weet niet hoe lang het duurt, het kan zo weer weg zijn, dus kom mee. Kom mee.

Waar oren zijn gesloten, waar monden zijn afgebroken, uitgestorven, doorboort, gekruisigd en gesnoerd, daar, ergens, zie ik een kleine vlam. Het ruist en suist licht, en dan is het weer weg. In de verte zie ik het weer als een lichtende mist. Laten we erop afgaan. Misschien wil het ons ergens naartoe leiden. Het diepere kruis van woede, van haat, waardoor God niet meer kan spreken, zo stil geworden, kijk het slaapt. Door lichtgebaren spreekt Hij, zie, het lijkt wel onze wereld. Zoveel kruizen in een rij, maar wat doen wij ? Het is de taal des kruizes, maar ziet, wij spreken 't niet. Wij hebben allen grote monden, brengende zoveel verdriet. Onze monden zijn vuil, niet door stilte getemd. Maar kijk, door dat licht, God spreekt door lichtsignalen. Het lijkt op onze wereld, al die kruizen, en dan ineens zoveel namen.

De oorlog heeft ons kapotgemaakt, 't spreekt van een Eeuwig Kruis, zoveel vrienden verloren, en de herinnering leeft voort. Oh, pauselijke macht, 't woord opgesteld, door ketters op de brandstapel gebracht. Een Kruis van Achtenzestig Miljoen, zoveel namen op het scherm, maar deze film kwam ook ten einde, om in ons verstand door te rijden, als een vreemd spel. De Paus bracht ons het Eeuwig Kruis, met ketters aan beide kanten, zij kwamen nooit meer thuis. En dan de indianen, wiens botten werden gebroken, zij waren het laatste stukje natuur, het grootste kruis, de aarde. Nog steeds vind ik die botten daar, zo diep in de aarde, een dieper kruis vond ik daar, zoveel jodennamen. En dan het dubbelkruis, zij die zelfs het laatste wat zij hadden weggaven, hun andere wang toekeerden, de extra mijl gingen, zowel het kleed als het hemd, naakt lagen zij daar. Oh, hongerend Afrika, het dier kan nu alleen nog maar zwijgen. Teveel gezien, teveel woede, teveel haat, 't heeft hen stil gemaakt,maar er zijn nog steeds lichten van de camera. Want daarboven in de rijke landen hebben ze nog niet genoeg. Maar ik ben met jullie, dat is alles wat ik vroeg. Tezijn met jullie, te dragen jullie kruis. Nu ben ik één van jullie. Het is hie rkerk of kruis. Ik heb voor het laatste gekozen.

Kerk, vaarwel. Kruis, welkom. In het Kruis heb ik mijn eigen kerk, waar God niet meer spreekt, alleen door wat orakelen, de echo's vaneen oude lange preek. Hij is de aarde ingetrokken, waar Hij hangt en zwijgt aan een dieper kruis.

Maar oh, zelfs dit laatste vlammetje zullen ze ook doven. Dan verdwijnen de wegen hier in het niets. Alles vaagt weg aan het einde van de dag. Het te doen zonder antwoord, zonder moed, zonder pad, is een groot kruis, maar toch een onzichtbaar pad. Hij is onzichtbaar. Niemand ziet Hem wanneer Hij door de straten gaat. Hij is onzichtbaar en Hij slaapt, als een slaapwandelaar. Hij weet de weg naar de kelders te vinden, om weer diep in de aarde te gaan, Zijn kerk vindende in een dieper kruis, Zijn bruid, een fles vol dronkenschap des Geestes. Ik heb Hem horen schreeuwen, en dan is het weer stil. Hij is dronken in de Geest en woest, door dit kruis, maar vindt Zijn Bruid, allen die Hem volgden. Zij zijn elkander tot troost.

In het diepste van de aarde, Hij hangt daar. Nietswillende weten van troost of verlichting. Hij wil het kruis niet verliezen, oh doof Zijn kruis niet uit. Wees geen Petrus, zeggende : 'dat verhoede God,' trekkende zijn zwaard. Hij is op weg naar het kruis des geestes. Zij hebben Hem bedroefd, geschopt, uitgedoofd, en tegen Hem ...gezondigd. Hij leeft niet meer. Ja, God is dood. En weet je waarom ? Hebt gij niet de geest gedood ? God is er niet meer. Er is geen God. Je hebt gelijk, en weet je waarom ?

Dit is een ode aan alle reformatorischen en atheisten :Jullie hebben gelijk gehad. God spreekt niet meer, en bestaat niet meer. Er is geen God. Jullie hebben je doel bereikt. Alhoewel ik zelf mijn reformatorische vlagen en atheistische vlagen heb gehad : Het is maar een halve waarheid. God is een Paradox. Maar niet verder te trekken zou een zonde en een leugen zijn. Daarom volg ik het diepere kruis, ook in de Paradox. Het kruis der kinderen is zo groot. Er gebeurt zoveel, en zij begrijpen het niet. Zij zijn blind en doof voor zoveel dingen, worden heen en weer geblazen door zoveel winden.

De lijdende aan het diepste kruis spreekt niet meer, maar brengt een heel ander geluid voort, als het zingende geluid van een vlam. Natuurlijk is dit beeldspraak, en trouwens alles wat hierboven stond was beeldspraak. De stem van de zingende vlam is als een zingende kaars, als een klein vlammetje in de vrucht van het Pauselijk Kruis, als in een lampionnetje. In een ander stuk bespraken we dat de Pinksterbeweging voortgekomen is uit de Pauselijke Beweging. Waarom denkt u dat ze zoveel losprijzen ? Om dat vlammetje van het diepste kruis te doven natuurlijk. De lofprijsbeweging is een groot kruis voor de Heere, een grote last. De Pinksterbeweging is een gemaskerde paus. Hierin konden de door de reformatie afgedankte en weggezonden geesten een onderkomen vinden, als het verborgen pauselijke. Wij doen er daarom ook beter aan om verder te trekken na de Pinksterbeweging. Maar de ware profeet draagt ook het Pinksterlijke Kruis. De middelaar tussen het Pauselijke en het Pinksterlijke is Spanje, en ook Zuid-Amerika, waar de bloedlustige geesten van de Donkere Middeleeuwen zich nu voornamelijk richten op het martelen van dieren, sinds het martelen van mensen veel harder werd aangepakt. Veel occulte krachten in de Pinksterbeweging worden opgewekt door dit soort praktijken. Spanje en Zuid-Amerika vormen de tempel die het Pauselijke met het Pinksterlijke verbindt (Rome-Verenigde Staten). Ook staan de slagerijen en fokkerijen wereldwijd op dit geestelijke netwerk aangesloten.

De afgodische orde uit het Oude Testament leeft nog gewoon voort : priesterlijk bloedvergiet. Velen die dit soort praktijken in Spanje en Zuid-Amerika verrichten hebben nog steeds het geloof hiermee God een heilige dienst te bewijzen. Ze denken dat door die dieren te kwellen ze de duivel kwellen, en daarmee hun zonden worden vergeven. Ze vergeten dat ze die strijd geestelijk moeten voeren, en dan niet tegen onschuldigen, maar tegen de boze geesten in de hemelse gewesten. De Ware Leer rondom het bloed moet hersteld worden. Judas kreeg dertig zilverstukken in ruil voor het bloed van Christus.Het werd bloedgeld genoemd. Toch kocht Jezus ook door dit proces zijn volk los. Bloed is geestelijk geld, maar er moeten wel wetten van economie zijn, en diezijn er niet. Er is van bloed een markt gemaakt, en hierop heeft men het rechtswezen gebouwd, en zelfs het medisch circuit.

Voor dertig zilverlingen werd Jezus verkocht door zijn discipel. Maar vandaag de dag gebeurt dat nog steeds. Overwinning wordt gekochten verkocht, en zo ook Vergeving van Zonden, Rechtspraak, Zorg en Genezing, allen delen van Christus. Christus zei : 'Om niet hebt gij het ontvangen. Geeft het om niet.'

De dertig zilverlingen weerspiegelen het voorspoeds-evangelie, hoe het zich in de loop der tijden heeft ontwikkeld, als een verschrikkelijk kruis des heeren. Het voorspoeds-evangelie bouwde voort op de Grieks-Romeinse beschaving van kopen en verkopen, en maakte van de geest een slaaf. En de wereld, die de spiegel van de kerk is, zorgde ervoor dat recht en medische hulp alleen iets was voor en van de rijken, gebouwd op het bloed van de armen. Het principe van voorspoed zorgde ervoor dat alleen de rijken deel hadden aan dit bloed. Armoe was zondig, schuldig, en diende gestrafd te worden. Dit was de kracht van het kapitalisme. Zo werd de beschaving een wrede machine, een slavenfokkerij.

Recht en medische hulp hadden één ding gemeen : Ze kwamen voort uit de markt. Het was een automaat. Er moest voor gewerkt worden. De aarde is een karikatuur van de hemel, een soort lachspiegel. De pit van de aarde is de kerk. De kerk was gemaakt om over de aarde te heersen. Maar ze sloot compromissen. Er was alleen één groot probleem : de mond van de verzetsstrijder. Maarten Luther deed zijn mond open, en bracht de reformatie. Het verschrikkelijke verleden werd ergens opgeborgen, maar ging elders voort, zij het in andere vorm. Je kunt de kop van de draak eraf hakken, maar er verschijnen er twee voor in de plaats. Dit werd een eiland van duistere zaken.

Hoofdstuk 2. Het Grijpen Naar Het Zwaard

1 Korintiers 12 geeft ons een lijstje met het gereedschap dat God aan de gemeente wil geven. Het zijn de Goddelijke zintuigen die we nodig hebben om samen met anderen in het Hemelse Koninkrijk van God te kunnen leven : Je zou het ook de bladeren van Gods geboomte kunnen noemen, tot genezing van de mensen, zoals we dat in Openbaring 22 kunnen lezen.

Het geheim van deze genezende bladeren, die de Bijbel ook wel 'de Geestesgaven' noemt, is dus niet boven de grond te vinden, maar juist onder de grond. De boom moet z'n wortels uitslaan om gezond en stabiel te kunnen groeien:

2 Kon. 19:30:
'Wat van het huis van Juda ontkomen is, wat over is, dat zal opnieuw naar beneden wortel schieten en naar boven vrucht dragen.'

Deze tekst mogen we niet omdraaien, anders gebeuren er grote ongelukken. Als we meer vrucht willen dragen, dan moeten we eerst dieper geworteld worden in de grond. We moeten aan de onderkant groeien, naar beneden, om eerst een stevigere basis te ontwikkelen:

Hebr. 5 :13-14:
'Want ieder, die nog van melk leeft, heeft geen weet van de rechte Prediking: Hij is nog een zuigeling. Maar de vaste spijs is voor de volwassenen, die door het gebruik hun (geestelijke) zintuigen beoefend hebben in het onderscheiden van goed en kwaad.'

Wij willen zo graag voelen, zien, horen, ruiken en proeven in de geestelijke wereld. Wij willen zo graag de gaven van de Geest ontvangen. Maar God geeft ons die niet zomaar:

Jak. 1:27:
'Zuivere en onbevlekte godsdienst voor God, de Vader, is: omzien naar wezen en weduwen in hun druk en zichzelf onbesmet van de wereld bewaren.'

Hebr. 13:2-3:
'Vergeet de herbergzaamheid niet, want daardoor hebben sommigen, zonder het te weten, engelen geherbergd. Denkt aan de gevangenen, alsof gij met hen gevangen waart; aan hen, die mishandeld worden, als mensen die ook zelf een lichaam hebt.'

Willen wij allereerst voelen wat de eenzamen voelen ? Hén zien ? De vertrapten, de verstotenen, de armen en de hongerigen ? Willen we hun gekerm horen ? Willen we ruiken en proeven waar zij doorheen gaan ? Of willen we weer oppervlakkig gaan doen ?

Als wij niet omkijken naar de noodlijdenden van deze wereld, als wij wijgeren Gods Pijn te voelen, dan zullen we helemaal niets te voelen krijgen. Dan zullen we helemaal niets te zien of te horen krijgen. Dan blijven de deuren van de geestelijke gaven dicht.

Matt. 25:31-46:
'(...) Heere, wanneer hebben wij U hongerig gezien, of dorstig, of als vreemdeling, of naakt of ziek, of in de gevangenis, en hebben wij u niet gediend ? Dan zal Hij hun antwoorden en zeggen : Voorwaar, Ik zeg u, in zoverre gij dit aan één van deze minsten niet gedaan hebt, hebt gij het ook aan Mij niet gedaan. En dezen zullen heengaan naar de eeuwige straf, maar de rechtvaardigen naar het eeuwige leven.'

Wij willen zo graag de dingen van God proeven. Maar dit zal niet gebeuren als wij niet eerst de tranen van anderen willen proeven. Wij willen zo graag de dingen van God voelen, maar dit zal niet gebeuren als wij niet eerst het verdriet en de angst van anderen willen voelen. De geestesgaven komen ons nier zomaar aanwaaien buiten Gogolta om.

De sleutel tot het ervaren van God is het lijden en de pijnen van anderen te ervaren, want daar is God ! De sleutel tot het horen van Gods Stem is te gaan luisteren naar het hulpgeroep en gekerm van de mensen in nood. DAAR IS GODS STEM !
Wil Je Gods Stem verstaan ? Luister dan naar het hulpgeroep en gesmeek van de mensen in nood. God bevindt Zich in de noden van de mensen. Daar is Hij altijd weer naar op zoek. Hij is bij de verbrijzelden van hart (Jes. 57:15).

God spreekt in het Lijden. Luister naar Zijn Stem in je lijden. Buiten Zijn Lijden en Tucht om kunnen we Zijn Stem niet verstaan ! Luister naar Zijn Tranen in je leven ! Zijn Tranen spreken ! Luister naar wat Zijn Lijden je te vertellen heeft. Zijn Pijn roept om aandacht. Zijn verdriet snakt naar een luisterend oor.
Luister naar het Geslachte Lam. Voel Hem, ruik Hem, zie Hem, proef Hem ! Hij geeft ons nl. de geestelijke zintuigen die we nodig hebben om het goede van het kwade te onderscheiden en om te leven in het Koninkrijk van God. Het Geslachte Lam bezit de zintuigen die we nodig hebben.

In dit Licht hoeven we niet bang te zijn voor de leugen. Het is de weg die wij behoren te gaan : De weg van het Kruis. Geen oppervlakkig naam-kruis, ...maar een diepgaand Karakter-Kruis. Op deze weg zullen wij blijven wandelen.

2 Joh. 8:12:
'Ik ben het Licht der wereld; wie Mij volgt, zal nimmer in de duisternis wandelen, maar hij zal het Licht des Levens hebben.'

Hebr. 4:15:
'Wij hebben geen hogepriester, die niet ken meevoelen met onze zwakheden, maar een, die in alle dingen op gelijke wijze als wij is verzocht geweest, doch zonder te zondigen.'
Wij zullen alles moeten meemaken wat Jezus heeft meegemaakt. Wij zullen Zijn Lijdenswegen, Zijn voetstappen, moeten bewandelen. Hij kon zo met een ieder meevoelen en zo kunnen wij dat dan ook. Hij kon zo ieders lijden dragen en met een ieder in volle eenheid komen. En zo kunnen wij dat ook.
Mensen die zich verworpen en vernederd voelen, die worden niet geholpen door de mensen die op hoge voetstukken staan. Juist dan voelen ze zich nog meer belazerd en geminacht. Jezus nam de plaats in van hen. Hij kwam niet naar hen toe als de stoere held die zielepoten wilde redden. Neen. De Heere Jezus kwam naar hen toe als de verworpene, de verachte. Hij achtte hen hoger als zichzelf (Filipp. 2).

Mijn kruis is de tunnel naar mijn medemens.

Verwonde mensen zoeken naar personen die hen ten diepste begrijpen en invoelen wat ze doormaken. Ze zoeken naar iemand die hen waardeert, respecteert, begrijpt en hoog acht. Wij hebben in ons leven vaak de kruizen verworpen die op ons pad kwamen tot dit doel.

God toonde ons een tunnel die ons zou leiden tot een diepere eenheid met onze medemens. Een tunnel waardoor we hen zouden kunnen helpen. Maar wij hebben die tunnel veracht en daarmee: onze verwonde medemens. Wij sloten die tunnels. We gooiden ze dicht met zand en stenen en kropten zo al onze problemen op. We wilden op het voetstuk blijven staan. We wilden James Bond blijven. En dat is logisch ook. De wereld laat alleen supermannen en supervrouwen in hun waarde. De rest wordt vertrapt en op de nullijn geplaatst. Terug naar af. Ik graaf mijn kruis op, daar waar ik het begraven heb Maar wij willen het kruis dragen om anderen te helpen en te begrijpen. Dit betekent dat we al die kruizen die we vroeger verworpen en vertrapt hebben weer onder onze voeten vandaan gaan halen. We gaan alsnog die tunnels door om het lijden samen te dragen.

Voor ons is dit ook een mogelijkheid om oude, opgekropte pijn te verwerken:

Ps. 41:1-4:
'Welzalig hij die acht slaat op de geringe; ten dage des onheils zal de Heere hem uitkomst geven; de Heere zal hem behoeden en hem in het leven behouden; hij zal geprezen worden op aarde; aan de lust van zijn vijanden geeft gij hem niet prijs, de Heere steunt hem op het ziekbed, in zijn ziekte verandert gij geheel zijn legerstede.'

We moeten van die voetstukken af en door onze pijnen de medemens tegemoet gaan komen. Maak die oude putten maar open, want ze zitten er nog steeds en maken ons trots, opgeblazen en oppervlakkig. Die opgesloten putten zijn onze voetstukken geworden, waardoor we ons bewust of onbewust hoger achten dan anderen. We zijn dan op de een of andere manier onbereikbaar voor anderen, vooral voor de mensen in nood. Hierdoor voelen mensen zich verworpen, want geestelijk gezien hebben wij de mensen onder onze voeten. Wij hebben het Geslachte Lam verworpen. Hij wilde door ons heen de mensen redden, maar wij wilden niet gelijkvormig worden aan het Geslachte Lam.

Wij kunnen alleen met anderen meevoelen en hen begrijpen als we het zelf mee hebben gemaakt. Zoek die momenten weer op waarin je je zoals hen voelde. Haal dat kruis onder je voeten vandaan en draag het alsnog. Wij hebben die dingen meegemaakt, zodat we dichter bij andere noodlijdenden konden komen om hen begrip en liefde te schenken.

Als we buitenom die momenten die mensen willen helpen, dan staan we nog hoog te pronken met ons zelfzuchtige leventje. Dan hebben we het kruis verworpen. Dat is een zonde die een muur vormt tussen ons en de medemens. Zo worden we steeds kouder en harder, steeds begriplozer en steeds hoogmoediger.

Breek die muren af en grijp naar die kruizen. Dan heb je een brug om in Nederigheid en Eenvoud tot de mensen te komen. Dan zal je hart weer open kunnen voor hen. Dan kun je weer volop huilen om de pijn van de ander.

Willen wij het kruis van het verleden zien ? Of willen wij het verweg stoppen ?

God wil dat we het kruis van alle tijden, ja, het grootste kruis dragen. Alleen dan kunnen onze armen uitreiken tot God en tot alle mensen die Hij op het oog heeft.

Het kruis dat er door mijn zonden ligt telt ook mee.

Hebr. 2:14-18:
'(..) Opdat Hij door zijn dood hem, die de macht over de dood had, de duivel, zou onttronen, en allen zou bevrijden, die gedurende hun ganse leven door angst voor de dood tot slavernij gedoemd weren.
(..) Daarom moest Hij in alle opzichten aan zijn broeders gelijk worden, opdat Hij een barmhartig en getrouw hogepriester zou worden bij God, om de zonden van het volk te verzoenen.
Want doordat Hij zelf in verzoekingen geleden heeft, kan Hij hun, die verzocht worden, te hulp komen.

Jezus kwam in het diepste kamertje van de dood om de dood te overwinnen en om anderen te bevrijden ! Wij moeten in elk probleem, elke pijn, het diepste kamertje binnentreden, de wortels, de grootste machten onder ogen komen, om zo elk verdriet te overwinnen en om anderen te bevrijden.
Deze wegen, deze tunnels, zijn al voor ons aangelegd. Wij mogen ze in overwinning bewandelen.

Soms brengen onze zonden ons in ballingschap, in een of ander diep probleem. God gebruikt onze zonden ook in Zijn Plannen. Laat je zonden je tuchtigen, zegt Jeremia 2 ! Als je dat kruis van zonden aanvaardt, dan gebruikt God het ook om de grootste vijanden ermee te vernietigen. Juist in die diepe kerkers van de dood kunnen we satan een zware slag toebrengen !
Dit wist Simson ook ! Door zijn zonden kwam hij in de tempel van de Filistijnen, maar juist daar kon hij het hele zaakje vernietigen. Hij doodde daar meer vijanden dan hij ooit had gedood. God gebruikte zijn zonden ten goede !
De wegen van het lijden bewandelen we niet om vernietigd te worden, maar om de duivel te vernietigen. We trappen alles van hem plat. Wij komen nl. in de Naam van de Liefde, in de Naam van Jezus. Wij volgen Hem. Ook Hij beging deze weg om de satan op z'n troon aan te pakken. God leidde Hem naar het diepste van de hel om daar de boel op te ruimen. Dat was pas wortel schieten.

Jezus ging voor ons de afgrond in en sloeg voor ons allemaal Zijn sterke wortels uit, vanwaar wij mogen groeien en vrucht dragen. Deze wortels zijn Zijn Lijdenswegen. Zonder deze wortels zullen we door de komende stormen weggeblazen worden !

Laten we deze lijdensprocessen, deze wortels van Christus, in ons leven groeien, opdat we stand kunnen houden in de grote verdrukking en in de voleindingstijd ! Daar op die Goddelijke Lijdenswegen is de Heere Jezus, het Leven, te vinden. Daar vinden wij alles wat we nodig hebben.

Mijn kruizen zijn mijn geestelijke zintuigen die het verdriet van anderen opnemen.

Hebr. 2:9:
'We zien Jezus die voor een korte tijd beneden de engelen gesteld was vanwege het lijden des doods, opdat Hij door de genade Gods voor een ieder de dood zou smaken, met heerlijkheid en eer gekroond.'

Zo gaan onze geestelijke zintuigen werken ! Dit is hogepriesterlijk werk, waar overigens de gehele Hebreeenbrief over handelt.

Daarom : Kom het lijden van je verleden onder ogen en zie dat als de tunnels om met andere lijdenden in contact te treden. Zie de verleden pijnen als je zintuigen om de ellende van de ander te smaken. Zo smaak je God, omdat Hij Zich daarin bevindt. Hij is reeds gelijkvormig geworden aan die ellende (Gal. 3:13). Ik moet beter naar mijn kruis kijken, dan zie ik het kruis van de ander.

Gal. 6:1-2:
'Broeders, zelfs indien iemand op een overtreding betrapt wordt, helpt gij, die geestelijk zijt, hem terecht in een geest van zachtmoedigheid, ziende op uzelf: gij mocht ook eens in verzoeking komen. Verdraagt (= draagt) elkanders moeilijkheden; zo zult gij de wet van Christus vervullen.'

Kijk naar je eigen leven. Als je iemand ziet in nood of verzoeking, kijk dan in het verleden naar je eigen nood en verzoeking. Zo kun je tot die persoon komen in zachtmoedigheid om alles van hem over te nemen.

Als je zelf nog op een voetstuk staat en niet door je eigen lijden de ander in de put tegemoet komt, dan werkt het allemaal niet. Dan kun je de ander niet helpen. Wij hebben allemaal onze put. Alleen door onze eigen put onder ogen te komen en te aanvaarden, kunnen we de ander bereiken en helpen ! Het mooie ervan is dat elke put de ander kruist in het middelpunt, de as Jezus Christus, Zijn Lijden, dat is het kruis. Daal in elke put van je leven af tot het kruis ven Christus. Daarmee kun je de ander vrijzetten : Je helpt een persoon dus altijd van onderen. Niet van bovenaf, want dan voel je je verheven. De hoogmoed kan mensen niet helpen. De hoogmoed kan alleen verwerpen.

Acht de ander uitnemender dan jezelf. Zo kun je hem uit de verwerping trekken. Mensen in problemen voelen zich vaak verworpen door God en mensen. Ze hebben geen behoefte aan trotse helden, maar aan personen die met hen meevoelen en hen begrijpen:

Filipp. 2:3-11:

'Zonder zelfzucht of ijdel eerbejag; doch in ootmoedigheid achte de een de ander uitnemender dan zichzelf (..). Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was, die (..) Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen, en aan de mensen gelijk geworden is. En in zijn uiterlijk als een mans bevonden, heeft Hij Zich vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood. Ja, tot de dood des kruises (..).'

Vandaag de dag worden ons van boven vele touwen toegeworpen. Vele leiders, kerkmensen en andere hulpbiedenden wuiven bovenaan onze putten om ons hun diensten te vertonen. Maar neem ze niet aan, want het zijn geesten van verwerping. Ze willen ons gebruiken om hun bediening en aanzien uit te breiden. Ze willen met ons vlees hun hart vetmesten. Pak hun touwen niet aan. Dat zijn de helden uit de hel die u willen verwerpen. Doe daar niet aan mee. U bent geen nummer. U bent ook geen stuk vlees. U bent een geliefd kind van God en Hij helpt u door in al uw Pijnen één met u te worden. Hij draagt u. Zo kunnen we de ware dienstknechten en dienstmaagden van de Heer herkennen. Ze komen van onderen om u te omhelzen. De mensen die van boven, vanaf hun trotse tronen en voetstukken naar u toekomen, komen met valse motieven. Trap daar niet in.

Ezech. 34:
'Zo zegt de Heere Heere: wee de herders van Israël, die zichzelf wijden ! Moeten de herders niet de schapen weiden ? Het vet eet gij, met de wol kleedt gij u, het gemeste slacht gij, maar de schapen weidt gij niet, zwakke versterkt gij niet, zieke geneest gij niet, gewonde verbindt gij niet, afgedwaalde haalt gij niet terug, verlorene zoekt gij niet, maar gij heerst over hen met hardheid en geweldenarij.
Zij raken verstrooid, omdat er geen herder is, en worden tot voedsel voor al het gedierte des velds, zo raken zij verstrooid. Mijn schapen dwalen rond op alle bergen en op elke hoge heuvel; over de gehele aarde zijn mijn schapen verstrooid zonder dat er iemand is die naar hen vraagt of ze zoekt.
Daarom, gij herders, hoort het woord des Heeren. Zo waar Ik leef, luidt het woord van de Heere Heere, opdat mijn schapen tot een prooi geworden zijn, omdat mijn schapen tot voedsel geworden zijn voor al het gedierte des velds doordat er geen herder is - want mijn herders vragen niet naar mijn schapen; de herders weiden zichzelf, maar mijn schapen weiden zij niet - daarom, gij herders, hoort het woord des Heeren.
Zo zegt de Heere Heere: zie, Ik zal die herders ! Ik eis mijn schapen van hen terug, en Ik zal een eind maken aan dat schapenweiden van hen. De herders zullen niet langer zichzelf weiden, Ik zal Mijn schapen uit hun mond redden, zodat die hun niet meer tot voedsel dienen. Want zo zegt de Heere Heere: Ik zal zelf naar mijn schapen vragen en naar hen omzien; zoals een herder naar zijn kudde omziet, wanneer hij te midden van zijn verspreide schapen is, zo zal Ik naar mijn schapen omzien en ze redden (..).'

Hoofdstuk 3. De Juwelen in het Zwaard

De Bijbel zegt: 'Wij weten dat wij overgegaan zijn uit de dood in het leven, omdat wij de broeders liefhebben. Wie niet liefheeft blijft in de dood'. (1 Joh. 3:14) We zien hier dat het van levensbelang is dat wij gaan leren liefhebben. De liefde is de Brug naar het Eeuwige Leven met God. 'Wij hebben lief, omdat Hij ons eerst heeft liefgehad'. (1 Joh. 4:19) Als we de Liefde willen gaan verspreiden, zullen we eerst die Liefde moeten gaan ontmoeten en leren kennen. We moeten weten om welke Liefde het gaat:

1. De mede-strijdende liefde

·'Hieraan hebben wij de Liefde leren kennen, dat Hij zijn leven voor ons heeft ingezet; ook wij behoren dan voor de broeders ons leven in te zetten'. (1 Joh. 4:16)

2. De mede-lijdende liefde

·'Wie nu in de wereld een bestaan heeft en zijn broeder gebrek ziet lijden, maar zijn binnenste voor hem toesluit, hoe blijft de Liefde Gods in hem ? (1 Joh. 4:17)

Een ware soldaat van God vecht voor z'n volk tot het uiterste toe en vangt daarbij ook alle klappen op. Hij gaat tussen het volk en de vijand instaan, om te strijden en ook te lijden voor zijn volk. Dit is de Ware Liefde vanuit het Soldaten-hart van Christus. Deze Liefde zet z'n hele wezen in om de barrieres tussen God en mensen te vernietigen. Daarbij omhult en beschermt ze hetgene wat ze liefheeft vol vuur en zelf-opoffering. Alleen deze Liefde brangt Eenheid en Verzoening. Alleen deze Liefde brengt de Warmte en het Volle Geluk van Gods Eeuwige Paradijs. Deze Liefde is de Liefde van het Kruis.

'Hij is onze Vrede, die de twee een heeft gemaakt en de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, (...) om in Zichzelf, Vrede makende, de twee tot een nieuwe mens te scheppen, en de twee, tot een lichaam verbonden, weder met God verzoenen door het kruis, waaraan Hij de vijandschap gedood heeft'. (Efez. 2:14-16)

Alleen de dragers van dit kruis zullen overwinnen, als de machten der hel opstaan om de wereld te overspoelen. Alleen de dragers van dit kruis zullen een sterke en stevige brug hebben om de overkant te bereiken, in Gods Zaligheid. 'Wie niet zijn kruis draagt en achter Mij komt, kan Mijn discipel niet zijn'. (Luc. 14:27)

Willen we een hartsrelatie met God gaan ontvangen, dan zullen we Zijn Strijdend en Lijdend Hart moeten gaan leren kennen en aannemen.
Als uw man of vrouw geen oog heeft voor uw worstelingen en verdriet, is uw relatie dan goed ? Als een kind geheel voorbij gaat aan de strijd en het lijden van z'n vader of moeder, is dat dan een goede relatie ?

Vandaag de dag wil men het Geslachte Lam van God niet meer. In welke gemeente mag het Geslachte Lam nog binnenkomen ?
Men wil een Jezus met spierballen, die aan allen z'n kracht toont. Men wil een strip-tease-Jezus, die zich zomaar voor alles en iedereen uitkleed en de mensen uit hun bol laat gaan. Men wil een standbeeld-Jezus, die men naar voren kan rollen wanneer het nodig is.
Het Geslachte Lam is nergens meer welkom. Men wil Zijn Tranen niet zien. Men wil feestvieren. Men wil blijde gezichten zien.
Het Geslachte Lam laat ons zien, dat Hij strijd en lijdt om onze zonden. Maar men wil een hemel waar een ieder op z'n eigen manier feest kan vieren. Vandaar dat het zo'n rotzooitje in de kerk is, vandaag de dag.

Het Geslachte Lam huilt... en zoekt een hart dat Zijn pijnen en wonden wil omhullen. Hij zoekt naar troostvolle harten vol medelijden. Waar zijn deze harten vandaag nog te vinden ?

'Daarom heb ik een welbehagen in zwakheden, smaadheden, noden, vervolgingen, benauwenissen ter wille van Christus, want als ik zwak ben dan ben ik machtig'. (2 Korint. 12:10)
Dankbaarheid en aanvaarding van het Lijden, het Bloedende Hart van God, is de basis van het kruis, de basis van een Hartsrelatie met God ! Alleen als je dankbaar het Bloedende Hart, de momenten van het Lijden, in je hart toelaat er ermee samensmelt, kan God Zich op Z'n gemak voelen en gaat Hij Zich meer aan je geven.
Ondankbaarheid, afwijzing en gemor als je met het kruis wordt geconfronteerd, zorgt ervoor dat Gods Geest als een duif wegvliegt. Als het kruis, in wat voor vorm dan ook, tot je komt, wat doe je dan ? Zie, dat het kruis het smeken van God weerspiegelt !
Zie in het kruis wat op je pad komt de Heer Die in Zijn wanhoop en vertrouwen Zijn pijn aan jou openbaart. Hij deelt het met je. Als je problemen krijgt, besef dan dat het Geslachte Lam aan de deur van jouw hart klopt:

'Ik heb zo'n pijn, zie je. Ik laat het je zien. Wil je alsjeblieft open doen voor Me ? Ik ben zo bang. Ik heb zo,n verdriet.' Hoor die roepstem van het Lam, Zijn roep om hulp, dat door je moeilijkheden heen weerklinkt. Hij wil je er iets mee duidelijk maken: Zijn pijn.

Elk probleem dat op je pad komt bevat een schreeuw om hulp vanuit de hemel.

Elke nood die je in je leven tegenkomt, weerspiegelt het Geslachte Lam van God dat troost zoekt.

Elk gevoel van verworpenheid, elk gevoel van onverzadiging en onderderdrukking, iedere kwellende gedachte van angst en verdriet, laat het hulpgeroep van God doorschemeren in ons hart, en roept ons op om Hem te troosten en te helpen.

Laat Gods Tranen maar door je heen vloeien. Wees er niet bang voor. Het is Zijn lijden. Het enige wat Hij van je vraagt is of Hij bij je mag uithuilen, of je Zijn hand wil vasthouden, of je Hem wil omhelzen in Zijn Lijden. Hij zegt: 'Mijn ziel is bedroefd, tot stervens toe; blijft hier en waakt over Mij.' (Matt. 26:38)
Dit schept Eenheid ! En Eenheid met God schept Overwinning ! Zo zal alles goedkomen !
God vraagt of wij Hem, dus ook Zijn Lijden, in ons hart willen dragen. Dat schenkt Hem verlichting en troost, bemoediging en genezing.
Zie in elk probleem, elke pijn die je tegenkomt, een Traan van God. Mag Hij bij je uithuilen ? Ben je dankbaar met Zijn tranen ? Ben je dankbaar met die diepe Eenheid tussen God en jou ? Hij wil alles met je delen !
Zodra je die Tranen van verdriet en dankbaarheid aanvaart, zullen deze Tranen veranderen in Tranen van Blijdschap en zullen ze Heerlijkheid brengen: 'Verblijdt u naarmate gij deel hebt aan het lijden van Christus, opdat gij u ook met vreugde zult mogen verblijden bij de openbaring Zijner Heerlijkheid'. (1 Petr. 4:13) Zodra God Z'n Tranen in ons mag uitstorten, veranderen Zijn Tranen in de Late Regen, de Tranen van Zijn Heerlijkheid.
Als u huilt van verdriet en iemand omhelst u, dan worden dit toch ook tranen van vreugde ?!
Er komt een enorme Kracht vrij, als het lijden van de ene in aanraking komt met de liefde van de ander, als we elkaars kruis gaan dragen. Dan is het alsof de stekker in het stopcontact is gekomen, en dan gaat het Licht aan en wordt de duisternis verdreven. Laten we beseffen dat het Lijden verdwijnt, als we elkaars lijden dragen.
Daarom hoeven we niet bang te zijn om het lijden van God en de mensen te dragen, want als we dat doen, dan welt de liefde op en dan is dat juist de oplossing van het lijden !

'Daar Christus dan naar het vlees geleden heeft, moet ook gij u wapenen met dezelfde gedachte, dat wie naar het vlees geleden heeft, ontrokken is aan de zonde'. (1 Petr. 4:11)

Als ik kijk naar het feit dat de gemeente maar niet uit de zonde en misleiding komt, hoe kan dan ooit ons lijden te groot zijn ? Hoe kan dan ooit ons kruis te breed zijn ? Ik vraag voor mezelf om het grootste lijden en het breedste kruis, om zo snel mogelijk uit de zonde en leugen te komen !

Als wij Vragen om het Grootste Kruis, dan vragen wij im de grootste Eenheid met God, want Hij is Degene Die het Grootste Kruis draagt. Zo hebben we dan ook de Grootste Kracht en daarbij de Grootste Overwinning ! Dan gaan we werkelijk beseffen dan Zijn juk zacht is en Zijn last licht, zoals de Bijbel dat zegt in Matteus 11:28-30. Het Kruis van Christus is waarlijk zoet voor onze zielen !

Als we om het lijden vragen, dan verlichten we Gods Hart en worden werkelijk een met Hem. Satan ziet dan in, dat hij het verloren heeft en zal dan vertrekken. Daar waar we om Gods Tranen vragen, daar waar we die Tranen willen drinken, daar geeft Satan het op.

Vraag om het Lijden van Christus ! Verlicht Zijn Hart ! Draag het Lijden mee met Hem ! Dan begint uw Hartsrelatie met Hem ! Dan begint uw Overwinningsleven !

Het is Zijn Bloedend Hart, overstromend van Tranen.
Het is het geslachte Lam, Die smeekt of Hij mag binnenkomen.

Nu denkt u misschien: 'Ja, maar Jezus hangt toch niet meer aan het kruis ? Hij is toch opgestaan en het is nu toch feest in de hemel ?' Neen ! Telkens als wij zondigen, nagelen we Jezus weer aan het kruis (Hebr. 6:6). Het grootste kruis gaat voor Hem nog komen, nu de zonde bijna tot het climax komt. De Geest van Christus kan wel degelijk bedroefd worden (Efez. 4:30), ja, zelfs worden uitgedooft (1 Tess. 5:19).
Jezus Lijden hier op aarde is maar een uiterlijke manifestatie geweest van het oneindige diepe en zware Lijden wat in de hemel steeds groter wordt. Jezus toonde ons op aarde Gods Heilsplan in een notedop, maar daarmee zijn we er nog niet. Het gehele heilsplan zal nog tot uiting moeten komen in de gemeente, het Lichaam van Christus, en in de gehele wereld. Dan zal het lijden van de Hemel zich voleindigen en de Eeuwige Heerlijkheid alles vervullen.

Hoofdstuk 4. De Juwelen in de Helm

Geen wond zal ooit geheel genezen worden, als het niet bezien wordt in het Licht van het Grootste Kruis. Het grootste Kruis is het volledige, volmaakte en volbrachte Lijden van Jezus, wat een volledige, volmaakte en volbrachte brug is naar de Genezing van God. Wij hebben elke druppel van Jezus' Bloed nodig om volledig tot leven te komen.

'Er wordt gezaaid in zwakheid, en opgewekt in kracht.' 1 Korint. 15:43

Wonden zijn de perfecte voedingsbodems, de geschikte vruchtbare gronden, waarin het Grootste Kruis van Christus, de Boom des Levens, wortel kan schieten en tot een harmonieuze groei en bloei kan komen. Jezus zegt dat we pas Zijn Genezingskracht waardig zijn als we dat Kruis in ons hart dragen (Matt. 10:38, 1 Petr. 2:21-25).
Op harde, betegelde grond kan niets groeien, maar onze wonden zijn teer en vruchtbaar; ze hebben het Lijden van Christus al diep in zich. Ze weerspiegelen het Kruis van Golgota al. Hierin kan het Grootste Kruis Zich uiten. Hierin kan hij Zijn wortels uitslaan en diep groeien. De wond waarin Hij groeit is in volmaakte overeenstemming met Zijn Lijden, en is daarom soepel en buigzaam. De wond geeft mee en vormt een geheel met de boom.
God komt en groeit in de mensen die open staan voor Zijn Pijn en verdriet. Mensen die het Kruis willen dragen. Mensen die zijn wonden als brandmerk dragen, hebben het zegel van Zijn bevestiging en Zijn bescherming. Aan hen kan de dood niet komem, maar moet elke dood wijken voor het Licht en Leven van Christus. Zijn Lijden en Sterven heeft Overwinning gebracht. (Ezech. 9)

Zaai de zaden van het Grootste Kruis, Gods Woorden, in je wonden. Daar is de grond vruchtbaar. Plant het Grootste Kruis in je pijnen. Daar zal het onverwoestbaar kunnen groeien:

'Want alle tucht schijnt op het ogenblik zelf geen vreugde, maar smart te brengen, doch later brengt zij hun, die erdoor geoefend zijn, een vreedzame vrucht, die bestaat in gerechtigheid.' Hebr. 12:11

Juist de pijnlijke gronden van ons leven bevatten de voedingsstoffen voor het kruis. De Boom des Levens wordt gevoed door onze tranen, door ons verdriet. Hierin kan Hij groeien en bloeien. Hierin kan Hij gestalte krijgen in ons leven. Zo worden we vol van de Heilige Geest. Het Kruis is ons Teken van Leven.

Alleen door Zijn lijden komen we in contact met God. Er kan alleen gezaaid worden in onze wonden. Alleen in de akkers van onze pijn kan het kruis wortel schieten. De rest van onze gronden is daar te hard voor. Daar komen oe vogels die het wegpikken. Daar komt de wind die het wegblaast. Daar is teveel onkruid, teveel dorens en distels die het zaad verstikken. Zie je pijnen als voeding voor het kruis. Je tranen bevatten alles wat nodig is om de Levensboom op te laten groeien.

Het kruis is de uiterlijke manifestatie van het feit dat Jezus Zijn gehele leven aan ons geeft. Het kruis is a.h.w. ons eigendomsbewijs van een Geestvervuld leven (1 Petr. 4:12-14). Onze wonden zijn daar de voortekenen van. Ze wijzen ons op de komst van het Grootste Kruis, de Boom des Levens, het volmaakte, volbrachte en Eeuwige Leven in Jezus Christus.

God spreekt tot de verbrokenen van hart ! Daar is Hij dichtbij (Jes. 57:14-15). Hij spreekt tot de verwonden.
De mensen die zo hoog met zichzelf oplopen kan Hij niet bereiken. God spreekt tot de verwonde, getuchtigde gedeeltes van je hart, als een verwonde Vader tot een verwond kind, samen vol van verdriet en pijn over de verwonde schepping. Laten we niet proberen met onze verharde harten het Woord van God te verstaan, want het Woord van God kan daarin toch niet doordringen. Alleen satans woorden kunnen daarin weergalmen, want satan is de verharding zelve.
Laten we met een verbroken hart tot God komen, want daarin ziet Hij Zichzelf. Zijn vleesgeworden woord wordt alreeds in onze verbrijzelde harten weerspiegeld. Daar is voor God een weg, een baan, een brug, waarover Hij tot ons kan komen om alles in ons te voleindigen, om alles in ons tot leven te wekken. In onze verbrokenheid herkent Hij Zichzelf. Daarin heeft Hij een rustplaats gevonden. Een plaats waarin Hij zichzelf volledig aan uiten.

Onze wonden zijn de echo's van het Grootste Kruis, het Lijden van Christus. Ze weergalmen Zijn bittere pijnen, Zijn leed (2 Korint. 4:8-11).
Onze wonden zijn daarom opstapjes naar het Grootste Kruis. Elke wond is een traptrede, die ons steeds dichter bij de diepste pijn van Vaders hart brengt, waar wij Zijn diepste wezen ontmoeten. Zijn Tederheid en Lieflijke Schoonheid mogen en kunnen we daar aanraken, daar, bij het Grootste Kruis.

Je wonden zijn wegwijzers van het kruis. Ze wijzen je de weg naar het Grootste Lijden van God, daar waar je Zijn Stem kunt horen. Daar waar je Hem kunt voelen en zien, waar je Hem kunt ruiken en proeven. In onze wonden zijn wij aan God verbonden.

Het zit automatisch door de zondeval in de mens gebouwd, dat hij de Woorden van God met de keiharde en sterke gedeeltes van z'n hart wil ontvangen, want dan kan hij alles zelf onder controle hebben. Dan kan hij er zelf een one-man-show van maken. Dan kan hij ermee opscheppen en zichzelf er groot mee maken. Zo wordt hij een god, naast God. Als we Gods Woord opvangen met de verbroken en verwonde gedeeltes van ons hart, dan is dat moeilijker. Dan zijn we nl. te zwak om er zelf iets van te maken. Dan zijn we volkomen afhankelijk van de Heilige Geest. En dat is wat God betreft de bedoeling. De Heilige Geest komt alleen onze zwakheid en hulpeloosheid tegemoet (Rom. 8:26).
Er wordt gezaaid in zwakheid en opgewekt in kracht. Daar waar je zwak bent, kan God sterk zijn. Het kost ons iets als we willen zaaien in zwakheid, in onze wonden. We zaaien liever op onze sterke kant. Maar die sterke kant is juist zo'n gevaar in het Koninkrijk van God. Het is de akker van het vlees, vleselijke kracht. Als we daarop zaaien, dan zullen we ook oogsten (Gal. 6:7-8): vruchten van de duivel.

We denken bij onszelf dat we het Woord van God hebben gezaaid, en dat alles dan wel goed zal zijn, maar we vergeten dat op harde grond niets groeit. Het enige dat daar groeit is troep vanuit de hel. Er worden wolkenkrabbers op gebouwd, porno-huizen, video-theken ....en zelfs kerken; kerken die het recht niet hebben zichzelf kerk te noemen. Satan doet zich voor als een engel des lichts, dus we mogen van hem verwachten dat hij kerken bouwt. Ja toch ? Hoe moet hij anders de huichelaars en schijnheiligen grootbrengen. Er moet een plaats zijn waar de farizeeërs aan hun trekken komen, waar ze zelf voor God kunnen spelen. De kerk is de plaats waar je 'de held' kunt uithangen.
Vandaar dat satan verzot is op kerken, tempels en moskeeën. Zijn eindtijd-plan is dan ook de grootste kerk aller tijden te bouwen, daar waar de mensen hem als god aanbidden, daar waar hij de held is, de doorbreker (2 Tess. 2). Hij laat zichzelf daar dan ook rustig 'God' noemen, of 'Jezus Christus', of 'Heilige Geest'. Dat maakt hem allemaal niet uit, als hij maar de touwtjes in handen krijgt. Hij bouwt die kerk op harde, betonnen gronden, op harde, vroomgeestige gronden.
Maar God bouwt aan Zijn Lichaam, Zijn Levend Lichaam. Hij bouwt aan het Kruis. Op verbroken harten en verbrijzelden van geest, daar bouwt Hij op. Daar kan Zijn Boom groeien.

Hoofdstuk 5. De Juwelen in het Schild

Dankbaarheid = Poort tot leven

'Niet dat ik dit zeg, als zou ik gebrek lijden; want ik heb geleerd met de omstandigheden, waarin ik verkeer, dankbaar te zijn.' Filipp. 4:11
Dank voor alles wat je nu al hebt, bent en kan in Christus. Dan is je fundament stevig. Dan heb je je fundament aanvaard, zodat het niet in kan storten of weggeroofd kan worden. Zo heb je een dubbel pantser. Dankbaarheid is je dubbele laag, je dubbele bodem. Juist door dankbaarheid ga je nog meer groeien. Als we dankbaar leren te zijn, leven we in harmonie met God. Dan betreden we werkelijk de poorten van het Eeuwige Leven.
God zal er alles aan doen om ons dankbaar en tevreden te maken. Dat gaat Hem boven alles. Het is Zijn prioriteit met ons leven. Het is niet de genezing, de uitredding uit een situatie. Neen. Het is de dankbaarheid die ons gelukkig maakt. Zo zijn we soepel in Gods hand. Zo kan Hij elke weg met ons begaan die Hij nodig acht. Zo zijn we geen gevaar voor Zijn Geest. De Heilige Geest voelt Zich op Z'n gemak bij dankbare mensen, mensen die genoegen nemen met de omstandigheden waarin ze zich bevinden. mensen die niets 'vanzelfsprekend' vinden, maar blij en tevreden zijn met alles wat God hen geeft. Ook met zijn Tuchtigende Hand. Wij moeten dankbaar zijn met het Kruis wat op ons pad komt, want dat brengt ons tot leven.

Dankbaar zijn = Bouwen

Je bouwt door alles wat God aan je geeft in liefde te aanvaarden. Dankbaarheid is het cement tussen de stenen, wat het bouwwerk onverwoestbaar maakt. Zo durft God je meer en meer te geven, omdat je zo'n onverwoestbaar fundament hebt. Zo durft Hij ook grote verantwoordelijkheid te geven, want de mensen kunnen op je bouwen. Mensen die niet dankbaar zijn, zijn gevaarlijke mensen. Mensen die op hen bouwen, zullen vroeg of laat merken dat ze daardoor schade lijden. Gods eindtijd-profeten en apostelen, die de fundamenten van het Koninkrijk leggen (Efez. 2:19-20), zullen dankbare mensen zijn.

Grote verantwoordelijkheid wordt gebouwd op grote dankbaarheid.

Voordat je verder gaat met streven naar meer: Streef naar Danbaarheid. Kijk of er met cement is gebouwd. Kijk of je misschien ergens nog geen dankbaarheid hebt, en dan vooral wat betreft het lijden dat op je pad is gekomen. Heb je het in dankbaarheid aanvaard als een bouwsteen van je leven, als een Liefdevolle Tucht uit Vaders Hand ? Of heb je die steen ergens neergeslingerd alsof hij niets waard is ? Hoe ben je met het Kruis omgegaan ? Of liever gezegd: hoe ben je met het Lijden van Christus, het Geslachte Lam van God, omgegaan ? Is Hij werkelijk de hoeksteen van je leven (1 Petr. 2) ? Zoek die stenen die je zo verwaarloosd hebt weer op, bouw eerst met de stenen die God je alreeds gegeven heeft ! Anders krijg je van Hem geen nieuwe !
Juist als je die Lijdensstenen van God weer tot je neemt om er mee te gaan bouwen, die verbroken stukken brood van God, dan zul je merken dat ze in je handen vermenigvuldigd worden. Dan blijf je bouwen. Dan heb je een wonder van God in je leven gekregen. Dankbaarheid zet het principe van vermenigvuldiging in werking (1 Matt. 15:36-38).

Dankbaarheid = Kracht

We moeten niet bidden om meer kracht, maar om meer dankbaarheid.

Als we meer willen hebben van Gods Geest, meer vruchten of meer gaven, dan moeten we stoppen met het telkens bidden. Stoppen met bedelen. We moeten eerst dankbaar worden, anders zijn onze gebeden een grote gruwel voor God (Spr. 15:8). Eerst dankbaar worden voor die grote genade die we al van God hebben gekregen, want anders verachten we Gods Geest. God is een Persoon ! Hoe gaan we met Zijn geschenken om ? Als je verkering met iemand hebt, dan kun je die persoon toch ook niet dwingen om direct met je naar bed te gaan. Hoe gaan we met God om ? We kunnen geen opwekking afdwingen bij God ! Dat kunnen we niet en dat mogen we niet ! Zijn wij er klaar voor ? Is Hij er klaar voor ? Dat zijn dingen die we ons moeten afvragen. We mogen God niet pushen om zichzelf direct aan ons te geven voor 100%. We mogen Hem op dat punt niet manipuleren. Daar is Hij te heilig en te gevoelig voor.
We moeten niet vergeten dat we Hem in deze honderden jaren kerkgeschiedenis verschrikkelijk verminkt hebben. Ook op het gebied van Goddelijke Gemeenschap: 'o ja, God, kietel me even hier, en kietel me even daar. ja, daar is het lekker.' We misbruiken God om onze eigen regeertes te bevredigen. Iemand zei eens tegen me dat het allemaal een grote zelfbevrediging is. En ik kan hem gelijk geven, hoe schokkend dat ook is. We hebben God gedwongen om snel uit de kleren te gaan. Het is misselijk om hierover te praten, maar ik kan niet anders. Ik ervaar hier zo Gods verdriet en toorn over. Ik kan niet zwijgen. Gunnen we God de tijd ? Of moet Hij soms met een varken trouwen ? Wat stellen we ons eigenlijk voor van 'de bruiloft des Lams', waar Openbaring 19 over spreekt ? Een groot vies, vet varken die een lam aan een ketting heeft vastgemaakt ? Hebben we dan geen respect voor God ?

God als lustobject

'Welnu, de wijgaard van de Heere der Heerscharen is het huis Israels, en de mannen van Juda zijn de planten waarin hij vreugde heeft; Hij verwachtte goed bestuur, maar zie, het was bloedbestuur; rechtsbetrachting, maar zie, het was rechtsverkrachting !' Jes. 5:7

Bij gebrek aan dankbaarheid ontstaat er overmoed, eerzucht, manipulatie, etc.

Als je wilt dat je geestelijke zintuigen gaan werken, sla ze dan uit naar Gods Geest van Dankbaarheid. Daar komen ze tot groei en bloei. Doe dit specifiek, in gebed, door het uit te spreken (Rom. 10, Jak. 3).

Als je ergens in dreigt vast te lopen, als je in niemandsland terecht komt of geïrriteerd raakt doordat je iets niet weet, grijp dan terug naar datgene wat je al wel hebt en weet, grijp dan terug naar de dankbaarheid.

Als we ondankbaar zijn, dan grijpen we God naar de borsten. Dan grijpen we God naar Z'n geslachtsdelen, dan verkrachten we Hem.
In de dankbaarheid, in het teruggrijpen naar alles wat we al van God hebben gekregen, is alles te vinden. Al het leven. Hierin is groei en bloei. Hierin ligt ook Gods Genezing vastgelegd. Voor dankbare mensen hoeft God niet bang te zijn. Aan die mensen kan Hij alles geven. En dat doet Hij dan ook. In de dankbaarheid zijn de Hemelse sluizen te vinden. Daar gaan de hemelpoorten open.

'Wie heeft, hem zal gegeven worden, en wie niet heeft, ook wat hij meent te hebben, zal hem ontnomen worden.' Luc. 8:18

Alleen door dankbaarheid krijg je alles echt in je bezit. Je hebt alleen iets als je er dankbaar voor bent. Door dankbaarheid draai je a.h.w. de sleutel van Gods schatkist om, zodat de schatten zichtbaar worden en ontvangen kunnen worden. Ondankbare mensen hebben niets.
Tekenen van ondankbaarheid: irritatie, sensatie-lust, eerzucht, streven naar macht, manipulatie, protserigheid, pronken, bitterheid, etc. Hizkia werd hoogmoedig door gebrek aan dankbaarheid (II Kronieken 32:25). Hier kwam Gods toorn over. Al deze zaken kunnen ons lastigvallen als we ondankbaar zijn. Het is a.h.w. het alarm van God dat ons laat zien dat we nog op sommige punten ondankbaar zijn. Dankbaarheid is onze bescherming. Door dankbaarheid versla je de vijand en straal je een vuur uit waarvoor iedere overgebleven vijand wegvlucht.

Als je door satan wordt lastiggevallen, werk dan aan je dankbaarheid. Alleen als we in dankbaarheid leven, durft God het met ons aan. Alleen in de Geest van Dankbaarheid kunnen we ons vrij bewegen. Daarin gaan onze ogen en oren open. Daar gaan onze geestelijke zintuigen werken. Dan durft God het nl. met ons aan. Dan wil Hij het ons verder en is de bruiloft in zicht. Alleen deze dankbaarheid is de weg naar een hartsrelatie met God. Alleen dankbaarheid maakt ons tot de bruid van het lam.
Ondankbaarheid - en alles wat daarbij komt - maakt ons tot de bruid van satan.
'Dankt te allen tijde in de Naam van onze Heere Jezus Christus God, de Vader, voor alles.' Efez. 5:20
Dat wil zeggen dat God wil dat we altijd een dankbare houding aannemen, een dankbare levensstijl. Dat ons denken, spreken en doen doordrenkt is met de Geest van Dankbaarheid (Kol. 2: 6-7, 3:15-17).

Dankbaarheid = Evangelisatie

'Wij danken God, de Vader van onze Heere Jezus Christus, te allen tijde bij ons bidden voor u.' (Kol. 1:3)

Paulus dankte altijd voor zijn mede-broeders en zusters, voor hun geloof en liefde. Hij wist dat op die manier alles bekrachtigd en vastgelegd werd in de handen van God. Hij wist dat hij door deze dankbaarheid de mensen redde van de ondergang. Hij legde het cement ook op de stenen van het levenshuis van zijn mede-mens.
Door dankbaar te zijn voor elkaar, bouwen we elkaar stevig op en maken we elkaar onaantastbaar sterk. Wil je je familie, je vrienden, ja, de gehele wereld redden, wees dan dankbaar voor hen. Wees dankbaar voor hun goede kanten, maar wees ook dankbaar dat je door hen geslepen en gevormd wordt. Wees er dankbaar voor dat ze er zijn. Dank God voor hen. Dan zul je wonderen gaan meemaken (1 Tim. 2:1-4). Paulus noemt een lijstje met zegeningen op in Efeziers 1 :15-23. Wij mogen dat bidden voor anderen. Laatst ontdekte ik de voorwaarde in vers 15-16 : 'Daarom houd ik, gehoord hebbende van uw geloof in de Heere Jezus en van uw liefde tot al de heiligen, niet op te danken, u gedenkende bij mijn gebeden, opdat' ... en dan volgen de zegeningen.

Door dankbaarheid voor de ander gaat het lijstje pas in werking treden in het leven van die persoon. We kunnen bidden tot we een ons wegen, maar als we niet danken, dan gebeurt er helemaal niets. Dan kan het leven van die persoon wel veranderen, maar dat komt dan niet door onze gebeden.

Alleen door dankbaar te zijn voor de ander, kunnen we in onze gebeden de ander bereiken. (Kol. 4:2-4)

Dankbaarheid is de sleutel tot een succesvol gebedsleven.

Dankbaarheid is de poort tot het hart van de ander.

Juist omdat we geneigd zijn niet voor elkaar te danken, ontstaat er zoveel koudheid en verworpenheid in de gemeente van Jezus Christus. De Heilige Geest kan zo niet doorbreken, zodat allerlei andere geesten de kerk inwippen. Het is daarom een levensgevaarlijke boel nu in de gemeente. En zo is de boodschap die we uitdragen dan ook gebrekkig. We moeten bet Evangelie van Dankbaarheid weer prediken en daarbij vooral niet vergeten om dankbaar te zijn voor de mensen die we mogen benaderen. Dank God voor hen. Dank God voor wat Hij al in die mensen heeft gedaan. Heb respect voor die mensen. Je kan ook al heel wat van hen leren. Dankbaarheid brengt ons tot onderdanigheid (Hebr. 12:28-29 & Efez. 5:20-21).

'Dankt onder alles, want dat is de wil van God in Christus Jezus ten opzichte van u.' 1 Tess. 5:18

Dankbaarheid verbreekt de vloek

1 Timoteus 2 vers 1-4 zegt ons dat we voor alle mensen moeten danken, ook voor koningen en alle hooggeplaatsten, opdat we een stil en rustig leven mogen leiden in alle Godsvrucht en waardigheid.
Juist door voor alle mensen op de wereld dankzegging te doen, nemen we hun zegeningen aan en ook de tucht die zij ons brengen. Zo hebben we de kracht om hen in Gods Handen te leggen, zodat we vrijkomen van de vloek der mensheid, om zo een vredig leven in de Heer te leiden.

Dankbaarheid is de kracht om ons leven en de levens van anderen op te offeren aan God, opdat Hij met ons kan doen wat Hij wil.

Ik kreeg een visioen van een prachtige zee van licht. Het licht was wonderlijk, hemels, en er was een schip van profeten. Zij waren martelaars, maar dat was tegelijkertijd hun harnas. Ze streden door de wapenen van het kruis, en zij waren krijgslustig. Soldaten : Neemt uw harnas aan.

Giet het lijden in de juiste vorm !

Grote golven van onderdrukking overspoelen de wereld vandaag de dag. Het buldert van ellende. Ook in de kerk. Men heeft het vaak niet meer in de hand. Velen bezwijmen van vrees en angst en velen worden in het verderf weggezogen. Velen zijn radeloos (Luc. 21:25-26). Christenen worden niet automatisch geherbergd voor deze toestanden. In het koninkrijk van God werkt niks automatisch:

Luc. 21:36: 'Waakt te allen tijde, biddende, dat gij in staat moogt wezen te ontkomen aan alles wat geschieden zal, en gesteld te worden voor het aangezicht van de Zoon des mensen.'

We moeten het lijden weer kunnen plaatsen. Anders worden we er door overspoeld. De rivier van het lijden mag niet overstromen, maar moet in z'n bedding blijven. We moeten het lijden weer de juiste plaats aanwijzen in ons leven, opdat we gezond zullen blijven. Wij hebben een diepere openbaringskennis van Gods Woord nodig als wij niet te gronde willen gaan (Spr. 29:18, Hos. 4:6, 2 Petr. 3:17-18).

Daniel 11 en 12 spreekt over de verstandigen die op zullen staan om het volk tot inzicht te leiden. Zelfs de aartsengel Michael zal opstaan om het volk van God veilig door de grote verdrukkingen heen te leiden.

En zullen doorbrekers komen die door de voorgeslachtelijke en hedendaagse puinhopen heen de weg banen naar de Schuilplaatsen van God (Micha 2:12-13).
Dit zal met harde hand gebeuren, want ons zondige vlees zal niet vanzelf wel een keertje doodgaan. Neen. Het moet doodgeslagen worden. Want anders slaat het ons dood (Rom. 7:11).

Gods Hardheid is Zijn Tederheid

Hebr. 12:5:
'Acht de tuchtiging des Heeren niet gering, en verslap niet, als gij door Hem bestraft wordt, want wie Hij liefheeft, tuchtigt de Heere.'

Als wij denken dat Hij ons pijn doet, dan heeft Hij ons juist lief. Wij leven op de kop. Alles wat God ons hard aandoet is juist zoet en zacht. Doordat wij op de kop leven zien we alles omgekeerd. Als wij lijden, dan hebben we gemeenschap met God. Lijden is bemint worden. Dit lijden is zacht en licht. Dit lijden is zoet.

Matt. 11:28-30:
'Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven; neemt mijn juk op u en leert van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart, en gij zult rust vinden voor uw zielen; want mijn juk is zacht en Mijn last is licht.'

Het zware lijden is voor de zonde-macht die in je woont. Voor je vlees is dit een hel. Een ruw-houten, bloederig kruis. Keihard en meedogenloos. En dat maakt het voor je nieuwe mens extra heerlijk ! Het vlees teert geheel weg. De nieuwe mens zal er nooit meer last van hebben:

1 Petr. 4: 'Daar Christus dan naar het vlees geleden heeft, moet ook gij u wapenen mat dezelfde gedachte, dat, wie naar het vlees geleden heeft, onttrokken is aan de zonde.'

Maak duidelijk onderscheid en geniet ! Indien u dit principe niet kent, dan is het lijden voor u zwaar. U kent het onderscheid tussen vlees en geest niet. Uw geest is dan nog zwak, zodat uw vlees als een brullende leeuw tekeer gaat. Uw vlees moppert, voelt zich niet lekker en blijft zeuren. U denkt dat u het bent, maar het is uw vlees.

Rom. 7:20:
'Indien ik nu datgene doe wat ik niet wens, dan bewerk ik het niet, maar de zonde, die in mij woont.'

Het is uw zondige aard die zich zo rot voelt onder de tuchtigingen van God. Uw wedergeboren geest in u voelt zich heerlijk, maar die is nog onmondig en heeft niet veel in te brengen door gebrek aan kennis (Gal. 4, Hos. 4:6).

Al het zware en vervelende lijden mag u op uw vlees afwentelen. Rol het maar op de zonde-macht die in u woont. Het is nl. niet bestemd voor uw wedergeboren persoonlijkheid.

Zoals we hebben gezien :

Het juk van Jezus is zacht en Zijn last is licht, elk hard juk en elke zware last is bestemd voor uw zondige natuur ! Onderdruk uw goddeloze vlees maar.

Luister: laat deze gedachte in u gestalte krijgen. Het is uw wapen. Uw zondige vlees voelt zich naar, omdat het z'n ondergang tegemoet gaat.

Het vlees krijgt het hier op aarde zwaar te verduren. Het krijgt harde en rake klappen van het Kruis ! Maar u voelt uzelf heerlijk.

Deze woorden werken als een zwaard die uw oude mens en nieuwe mens van elkaar lossnijden, zodat uw oude mens u niet meer kan bedriegen (Hebr. 4:12-13):

U wordt bemint door de Heilige Geest als u lijdt. Hij trekt u nl. los van de poel van het verderf. Het lijden is een medicijn om u beter te maken. Uw vlees kan daar ziek van worden, maar dat is een goede zaak. Laat uw vlees maar ziek worden. Laat het maar sterven. U moet uw vlees haten en al het slechte toewensen.

Je problemen zijn je wapens.

2 Tim. 2:3:
'Lijd met de anderen als een goed soldaat van Christus Jezus.'

God geeft ons het lijden als een wapen om het vlees mee te vernietigen. Leer je pijnen te zien als je wapens waarmee je het demonische vlees uitroeit. Leer je tranen te zien als atoombommen die de akkers van het vlees opblazen. Laat het Lijden van Christus door je leven stromen als de vuren van een machinegeweer. Het vlees gaat eraan. Het vlees kan niet tegen de tucht. Het vlees kan niet tegen het lijden. Het vlees wil zich vrij voelen, losbandig. Maar juist de tucht en het lijden maakt ons vrij : vrij van zonden.

Het lijden is het doodsvonnis aan het adres van de duivel. Met hem wordt niet gerekend. Juist het vlees gaat zo tekeer bij de begrafenis van de duivel. Als u lijdt, dan is de duivel op weg naar z'n graf.
Het vlees heeft het daar maar moeilijk mee. Het brult om z'n vermoordde meester. Als je pijn lijdt, dan is dat de pijn die je vlees heeft. Dan ben je al aan het overwinnen.

Als je lijdt, weet dan: God brengt je wapens. Het Lijden van Christus is je wapenarsenaal. Golgota is je kernraket. Leer te vechten. Je wapens zijn je pijnen. Lijden = Strijden.

Hoofdstuk 6. Op Naar Het Eiland

We mogen uitzien naar de hemelse armoe en haar weelderigheden, maar we hebben een strijd te voeren. Wij moeten ons geestelijk zwaard opnemen, en onze geestelijke speer, om de eindtijd-bediening te herstellen, en ons te richten op de engelenbediening. Het is een strijd om de verborgen bronnen van het Bloed van Christus te openen. Maar de Bijbel zegt dat het zal gaan gebeuren. Davids bronnen zullen geopend worden, en we zullen niet alleen komen tot het lijdend bloed, maar ook tot het strijdend bloed. En we zullen van de Beker van Christus drinken. We zullen het maal des Heeren kennen, begrijpen wat dat inhoudt. Er is een pad van herstel aangelegd, het pad van het kruis en de armoe, waarop we zullen leren ons zwaard op te heffen, tot ware geestelijke oorlogsvoering.

Er wordt hevig gevochten op het dek. Christus is onze kapitein, en in het Woord wordt ook beloofd dat David als kapitein aan ons wordt teruggegeven. Ook stellen we ons open voor profeten die wat te zeggen hebben. Laat dit boek u inspireren om het schip op te gaan. Mediteer erover, bidt erover om tot de verborgen bronnen en schatten ervan te komen. Dit boek kan als het ware multi-dimensionaal gelezen worden, en dat was ook altijd het doel van Operatie Eindtijd : het openen van de dimensies.

Wie staan er aan onze zijde ? Dat kan alleen het hart openbaren wat verlicht is door de Heilige Geest, een hart ondergedompeld in het Bloed van Christus, een hart gekruisigd zoals Christus. Laten we ons uitstrekken naar die hemelse realiteiten, opdat het avontuur voor ons kan beginnen, en we niet wegzinken in zelf-medelijden. Wij grijpen onze wapenen, juist in en door het lijden, en worden er hemels door toegerust. Dit is het geheim van een heerlijk leven met God, een heerlijkheid die dwars door alles heenschijnt. De lijdensriemen zijn misschien strak en hard, en we voelen ons misschien slaaf van vele dingen, maar laten we beseffen dat we altijd slaaf zijn als aan God, en dat Hij ons zo voor vele dingen behoedt. Wij zijn gladiators om zo geen strijders van de duivel te zijn.

Tim Strijker, Kapitein des Kruises.